Spelling les 11

DE LAATSTE LES VOOR DE TOETS
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

DE LAATSTE LES VOOR DE TOETS

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Les 1:
* Quiz
* Gelegenheid voor uitleg
* Gelegenheid om zelf te leren

Les 2 = de toets!

Slide 2 - Tekstslide

woordenbr...
A
woordenbrei
B
woordenbrij

Slide 3 - Quizvraag

w....felen
A
weifelen
B
wijfelen

Slide 4 - Quizvraag

uml.....t
A
umlout
B
umlaut

Slide 5 - Quizvraag

s.....cijzenbroodje
A
soucijzenbroodje
B
saucijzenbroodje

Slide 6 - Quizvraag

souven....r
A
souvenir
B
souvenier

Slide 7 - Quizvraag

smil.....
A
smilie
B
smily
C
smiley

Slide 8 - Quizvraag

jock.....
A
jockey
B
jocky
C
jockie

Slide 9 - Quizvraag

s.....mpath.....k
A
simpathiek
B
sympathik
C
sympathiek

Slide 10 - Quizvraag

wa....elen
A
waggelen
B
wagelen
C
wachelen

Slide 11 - Quizvraag

goo.....ltruc
A
googcheltruc
B
goocheltruc
C
googeltruc

Slide 12 - Quizvraag

ele....troni....a
A
elektronica
B
electronika
C
elektronika
D
electronica

Slide 13 - Quizvraag

meervoud van: etui
A
etuis
B
etui's

Slide 14 - Quizvraag

meervoud van: jockey
A
jockey's
B
jockeys

Slide 15 - Quizvraag

meervoud van: wortel (boom)
A
wortelen
B
wortels

Slide 16 - Quizvraag

meervoud van: lobby
A
lobbys
B
lobby's

Slide 17 - Quizvraag

Verkleinwoord van: ski
A
ski'tje
B
skietje

Slide 18 - Quizvraag

verkleinwoord van: hobby
A
hobbytje
B
hobby'tje

Slide 19 - Quizvraag

verkleinwoord van: kano
A
kano'tje
B
kanootje

Slide 20 - Quizvraag

officiele of officiële?
A
officiele
B
officiële

Slide 21 - Quizvraag

beeindigd, beëindigd of be-eindigd?
A
beeindigd
B
beëindigd
C
be-eindigd

Slide 22 - Quizvraag

zeeeend spel je als:
A
zeeëend
B
zee-eend

Slide 23 - Quizvraag

bijvoeglijk naamwoord

(winnen) het ......... toernooi
A
winnende
B
gewonnen

Slide 24 - Quizvraag

een plastic/plasticen beker
A
plastic
B
plasticen

Slide 25 - Quizvraag

vul aan:

goed - ...... - ........
A
goeder - goedst
B
beter - best

Slide 26 - Quizvraag

vul aan:
graag - ..... - ......
A
grager - graagst
B
liever - liefst

Slide 27 - Quizvraag

Wat moet met een hoofdletter?
ik heb zojuist een brief geschreven aan mevrouw van der aa, om te solliciteren voor de functie van kerstman. tijdens kerstmis kan de kerstman namelijk echt niet ontbreken. helaas heeft de sint vertraging vanuit spanje, dus moet er wel een vervanger komen. nederland kan niet zonder cadeautjes zitten! 50 procent van de bevolking bestaat immers uit kinderen! Gelukkig is het bijna oudjaarsdag.

Slide 28 - Tekstslide

Antwoorden:
Ik heb zojuist een brief geschreven aan mevrouw Van der Aa, om te solliciteren voor de functie van kerstman. Tijdens Kerstmis kan de kerstman namelijk echt niet ontbreken. Helaas heeft de Sint vertraging vanuit Spanje, dus moet er wel een vervanger komen. Nederland kan niet zonder cadeautjes zitten! 50 procent van de bevolking bestaat immers uit kinderen! Gelukkig is het bijna oudjaarsdag.

Slide 29 - Tekstslide