In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Thema 6 Zintuigen
Oefenvragen
Slide 1 - Tekstslide
6.1 Het zintuigenstelsel
Slide 2 - Tekstslide
Welk zintuig in de huid reageert op lichte aanraking?
A
Warmtezintuig
B
Pijnpunt
C
Drukzintuig
D
Tastzintuig
Slide 3 - Quizvraag
De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt heet de ...
A
Adequate prikkel
B
Gewenning
C
Drempelwaarde
D
Zintuig
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een adequate prikkel
A
De prikkel waar een zintuig gevoelig voor is
B
De kleinste prikkel die een zintuig kan waarnemen
C
Een prikkel waar het zintuig ongevoelig voor is
D
Een signaal dat via de zenuwen naar de hersenen gaat
Slide 5 - Quizvraag
6.2 Voelen, ruiken en proeven
Slide 6 - Tekstslide
Waar bevinden de reukzintuigcellen en de reukharen zich?
A
Onderin de neusholte in het neusslijmvlies
B
Bovenin de neusholte in het neusslijmvlies
Slide 7 - Quizvraag
Vier leerlingen doen een uitspraak over de afbeelding. - Anja zegt dat in die afbeelding een deel van de tong is getekend. - Boris zegt dat in die afbeelding een deel van de huid is getekend. - Caspar zegt dat P een smaakknopje aangeeft. - Diane zegt dat P een tastknopje aangeeft.
Welke leerlingen hebben gelijk?
A
Anja en Casper
B
Boris en Casper
C
Anja en Diane
D
Boris en Diane
Slide 8 - Quizvraag
6.3 De ogen
Slide 9 - Tekstslide
Welk nummer brengt voedingstoffen naar het oog?
A
1
B
4
C
3
D
2
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de functie van het netvlies?
A
Levert voedingsstoffen aan het oog
B
Hier gaat het licht als eerst doorheen
C
Zet licht prikkels om in impulsen
D
Geleid de impulsen naar de hersenen
Slide 11 - Quizvraag
Lens
Iris
Netvlies
Zenuw
Vaatvlies
Glasachtig lichaam
Gele vlek
Blinde vlek
Oogspier
Harde oogvlies
Hoornvlies
Slide 12 - Sleepvraag
6.4 De iris en de ooglens
Slide 13 - Tekstslide
In welke volgorde gaat licht door het oog, voordat het op het netvlies valt?
1
2
3
4
5
Glasachtig lichaam
Hoornvlies
Ooglens
Pupil
Netvlies
Slide 14 - Sleepvraag
Overdag
's Nachts
Kringspieren in de iris trekken zich samen.
Kringspieren in de iris ontspannen.
Straalsgewijs lopende spieren in de iris ontspannen.
Straalsgewijs lopende spieren in de iris trekken zich samen.
Slide 15 - Sleepvraag
Als een voorwerp dichterbij komt...
A
spant de kringspier
spannen de lensbandjes
B
Ontspant de kringspier
ontspannen de lensbandjes
C
ontspant de kringspier
spannen de lensbandjes
D
spant de kringspier
ontspannen de lensbandjes
Slide 16 - Quizvraag
6.5 Het netvlies
Slide 17 - Tekstslide
De kegeltjes in het netvlies zijn voor
A
beeldvorming
B
kleuren zien
C
scherpte van het beeld
D
zwart/wit zien
Slide 18 - Quizvraag
Pietertje loopt in de schemering. Welke zintuigcellen werken?
A
Kegeltjes en staafjes
B
alleen de kegeltjes
C
alleen de staafjes
D
geen kegeltjes en geen staafjes
Slide 19 - Quizvraag
Welk type zenuwcel heeft de laagste drempelwaarde: Staafjes of Kegeltjes
A
Staafjes
B
Kegeltjes
Slide 20 - Quizvraag
6.6 De oren
Slide 21 - Tekstslide
Oorschelp
Evenwichtsorgaan
Gehoorzenuw
Gehoorbeentjes
Tommelvlies
Gehoorgang
Slakkenhuis
Oorsmeerkliertjes
buis van Eustachius
Slide 22 - Sleepvraag
Wat is de functie van het deel dat is aangegeven met nummer 6?