7.3 ecosystemen

 7.3 ecosystemen
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 7.3 ecosystemen

Slide 1 - Tekstslide

TO DO - komende lessen
vandaag          * bespreken 7.3 
                                voedselketen / voedselweb / trofische niveaus 
                
vrijdag              * bespreken 7.3 
                                assimilatie / dissimilatie / piramides

Maak de opdrachten online. (niet maken = minder scoren op werkhouding!)
Hou een begrippenlijst bij. 

Slide 2 - Tekstslide

Concurrentie
Commensalisme
Mutualisme
Parasitisme

Slide 3 - Sleepvraag

BEGRIPPENLIJST
voedselketen
voedselweb
de trofische niveaus
assimilatie
dissimilatie
piramide van aantallen
piramide van biomassa
productie
LET OP
Dit zijn de begrippen die in de uitleg voor zullen komen. 

Dit zijn niet alle blauwe woorden uit de tekst. 

Je moet ze wel allemaal kennen en kunnen toelichten. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een producent en consument?
(in ecologische zin!)

Slide 5 - Open vraag

trofische niveaus
producent
* maakt van anorganische stoffen organische stoffen
consument (van de 1e/2e/Xe orde)
* eet levende producenten/consumenten van een lagere orde
afvaleter
* eet dood materiaal 
* dieren of schimmels als paddestoelen
reducent
* maakt van uitgescheiden organische stoffen anorganische stoffen 
* bacteriën of schimmels (netwerken van draden)

Slide 6 - Tekstslide

Waar horen maden bij?
A
producenten
B
consumenten 2e orde
C
afvaleters
D
reducenten

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Waar horen venus vliegenvallen bij?
A
producenten
B
consumenten 2e orde
C
afvaleters
D
reducenten

Slide 9 - Quizvraag

Welke voedselketen is op de juiste manier genoteerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Hoeveel herbivoren zijn er in dit voedselweb?
A
2
B
3
C
5
D
6

Slide 12 - Quizvraag

SCHRIJF OP - BLZ 136
voedselketen  
* geeft voedselrelaties weer
* pijltje staat voor de energiestroom: energie uit plant komt in dier, etc
- alg    krill    bultrug    orca

voedselweb
* geheel van voedselrelaties/voedselketens in een ecosysteem 

Slide 13 - Tekstslide

producent
consument
afvaleter
reducent
trofisch niveau
voedselweb
voedselketen
autotroof
heterotroof

Wat vond je het lastigste
begrip van vandaag?

Slide 14 - Woordweb

Hoe zou je dit begrip aan je broertje/zusje/neefje/nichtje uitleggen?

Slide 15 - Open vraag

BEGRIPPENLIJST
voedselketen
voedselweb
de trofische niveaus
assimilatie
dissimilatie
piramide van aantallen
piramide van biomassa
productie
LET OP
Dit zijn de begrippen die in de uitleg voor zullen komen. 

Dit zijn niet alle blauwe woorden uit de tekst. 

Je moet ze wel allemaal kennen en kunnen toelichten. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

- glucose, eiwit, vet
- O2, CO2, H2O
* opbouw
* fotosynthese
(en bijv. aanmaak eiwitten)
* kost ATP
* afbraak
* verbranding
* komt ATP bij vrij

Slide 18 - Tekstslide

SCHRIJF OP - BLZ 139
assimilatie
* kost energie
* van anorganische moleculen organische moleculen maken
- fotosynthese \ vorming van eiwitten (voortgezette assimilatie)

dissimilatie 
* komt energie bij vrij
* van organische moleculen anorganische moleculen maken
- verbranding 

Slide 19 - Tekstslide

Welke processen vinden plaats in producenten?
A
alleen dissimilatie
B
alleen assimilatie
C
dissimilatie en assimilatie
D
geen van allen

Slide 20 - Quizvraag

Welke processen vinden plaats in consumenten?
A
alleen dissimilatie
B
alleen assimilatie
C
dissimilatie en assimilatie
D
geen van allen

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

piramide van aantallen
piramide van aantallen

Slide 23 - Tekstslide

piramide van biomassa

Slide 24 - Tekstslide

Dit is een piramide van ...
A
aantallen
B
biomassa

Slide 25 - Quizvraag

Heeft een piramide van aantallen altijd een piramidevorm? Waarom?
A
Ja, want het geeft altijd de schakels in de juiste volgorde weer
B
Ja, want het aantal individuen in elke schakel wordt altijd kleiner
C
Nee, want het aantal individuen kan groter zijn in de volgende schakel
D
Nee, want de schakels van een voedselketen kunnen soms in een andere volgorde staan

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Op welke drie manieren raakt er tussen de schakels uit de voedselketen energie verloren?

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Tekstslide

SCHRIJF OP - BLZ 141
piramide van aantallen
* het aantal organismen per trofisch niveau
* kan verschillende vormen hebben

piramide van biomassa
* het totale gewicht van alle organische stofffen per trofisch niveau
* vrijwel altijd piramidevorm 

Slide 32 - Tekstslide

* de breedte van de pijl geeft de hoeveelheid energie weer
* de breedte van I = de breedte van R + P + F

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

blz 143
hierboven herken je het vorige plaatje!

Slide 36 - Tekstslide

In een voedselketen bevatten de consumenten van de eerste orde meer vastgelegde energie dan de consumenten van de tweede orde.
De afbeelding is een weergave van het patroon van energiestromen in een ecosysteem.


Welke groep of groepen organismen kunnen deel uitmaken van trofisch niveau n?
A
producenten
B
consumenten
C
afvaleters
D
reducenten

Slide 37 - Quizvraag

blz 144
Wat voor informatie kan je uit de bronnen halen?

Slide 38 - Tekstslide

In de afbeelding zie je een vereenvoudigd schema van de koolstofstromen op jaarbasis in het Grevelingenmeer. In het schema geven de pijlen koolstofstromen weer in gram koolstof per vierkante meter op jaarbasis (g ∙ m–2 ∙ j–1). In de vakken is de productie uitgedrukt (ook in g ∙ m–2 ∙ j–1).
De gemiddelde biomassa is uitgedrukt in gram koolstof per vierkante meter van het ecosysteem.

Welke drie groepen producenten zijn in de afbeelding weergegeven?

Slide 39 - Open vraag

Wat staat er in de BINAS over deze paragraaf?

Slide 40 - Open vraag

TO DO - komende lessen


di            * bespreken repetitie H5

wo          * bespreken 7.3 (/ 7.4 / 7.5)
                * 7.4 en 7.5 vooral zelf bestuderen!
do           * bespreken 7.6
                * doornemen belangrijke punten eind-PO 

DI 18 JUNI - SO begrippen deel III
DO 20 JUNI uur 5&6 - EIND-PO (microscopie, tekening, onderzoek, verslag)

Slide 41 - Tekstslide