De pretérito perfecto

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Pretérito perfecto

(voltooid deelwoord)

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je:

• De signaalwoorden herkennen
• De pretérito perfecto maken door haber + werkwoord te vervoegen

Wat weet je al over de pretérito perfecto?

Wanneer gebruik je de pretérito perfecto?

• gebeurtenissen verleden
• nog steeds relevant zijn voor het heden

Signaalwoorden

• Hoy, esta tarde, este mes...
• Todavía no, muchas veces, nunca

Hoe maak je de pretérito perfecto?

Stap 1: hulpwerkwoord "haber"

Yo	he
Tú	has
Él/Ella/Usted	ha
Nosotros/as	hemos
Vosotros/as	habéis
Ellos/Ellas/Ustedes	han

Hoe maak je de pretérito perfecto?

Stap 2 (Regelmatige werkwoorden):

- ar             + ado

- er             + ido

- ir               + ido

Stap 1 en 2 samen

Onregelmatige werkwoorden

Ver (zien) -> visto 

Hacer (doen) -> hecho 

Decir (zeggen) -> dicho 

Escribir (schrijven) -> escrito 

Ser (zijn) -> sido 

Poner (zetten/ aandoen) -> puesto 

Oefenen

1. Yo ______  (comer)
2. Juan y tú ______  (vivir)
3. Mila y yo ______ (cocinar)
4. Ricardo y Vera ______ (poner)
5. Ella ______ (decidir)

Oefenen

•  Maak 5 zinnen over wat je afgelopen week/weekend/ vakantie hebt gedaan. Gebruik hiervoor in elke zin een signaalwoord en de pretérito perfecto.
• Minimaal 2 onregelmatige werkwoorden gebruiken.