1h - 07-01-2021

WELCOME EVERYONE!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

WELCOME EVERYONE!

Slide 1 - Tekstslide

WHAT ARE WE GOING TO DO TODAY?
  • We will discuss our New Year's Resolutions
  • We will repeat questions and negations
  • We will read in Charlie and the Chocolate Factory

Slide 2 - Tekstslide

DO YOU HAVE ANY NEW YEAR'S RESOLUTIONS?

Slide 3 - Open vraag

QUESTIONS
Welk werkwoord staat er in de zin?
> Is het een vorm van [to be], [can], [may], [will]?
> Dan schuif je het werkwoord naar voren:

I will survive!
Will I survive?

Slide 4 - Tekstslide

QUESTIONS
Welk werkwoord staat er in de zin?
> Is het een vorm van [have got]
> Dan schuif je alleen [have] naar voren:

We have got a lot of homework.
Have we got a lot of homework? 

Slide 5 - Tekstslide

QUESTIONS
Staat er een ander werkwoord in de zin?
> Dan zet je do (bij I, you, we, they) of does (bij he, she, it) vooraan in de zin.
> Het werkwoord verandert dan in de infinitive (= hele ww)

He likes baking cookies.                           We play a game
Does he like baking cookies?                Do we play a videogame?

Slide 6 - Tekstslide

She likes reading books.

Slide 7 - Open vraag

We eat pizza every Friday.

Slide 8 - Open vraag

The train will leave.

Slide 9 - Open vraag

We are hungry.

Slide 10 - Open vraag

She can sing really well.

Slide 11 - Open vraag

NEGATIONS
Welk werkwoord staat er in de zin?
> Is het een vorm van [to be], [can], [may], [will]?
> Dan zet je NOT achter het werkwoord

I will survive!
I will not survive!

Slide 12 - Tekstslide

NEGATIONS
Welk werkwoord staat er in de zin?
> Is het een vorm van [have got]
> Dan zet je NOT tussen [have] en [got] in

We have got a lot of homework.
We have not got a lot of homework? 

Slide 13 - Tekstslide

NEGATIONS
Staat er een ander werkwoord in de zin?
> Dan zet je do not / don't (bij I, you, we, they) of does not / doesn't (bij he, she, it) vooraan het werkwoord
> Het werkwoord verandert dan in de infinitive (= hele ww)

He likes baking cookies.                           We play a game
He does not like baking cookies.       We do not play a game

Slide 14 - Tekstslide

She likes reading books.

Slide 15 - Open vraag

We eat pizza every Friday.

Slide 16 - Open vraag

The train will leave.

Slide 17 - Open vraag

We are hungry.

Slide 18 - Open vraag

She can sing really well.

Slide 19 - Open vraag

READING

Slide 20 - Tekstslide