Week 7: Woordenschat
1 / 32
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Vertaal naar het Engels: buil
A
bump
B
bruise
C
sprain
D
boink
Slide 5 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: wond zorg
timer
0:45
Slide 6 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: Anamnese gesprek
timer
0:45
Slide 7 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: waarschuwen
A
break
B
bruise
C
warn
D
wrist
Slide 8 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: ADL
timer
0:45
Slide 9 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: blauwe plek
A
blue spot
B
black spot
C
bruis
D
bruise
Slide 10 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: Ik zorg voor mensen met een handicap.
timer
0:45
Slide 11 - Open vraag
Vertaal naar het Nederlands: unconscious
A
bewust
B
berust
C
bewusteloos
D
berusteloos
Slide 12 - Quizvraag
Vertaal naar het Nederlands: Clear and calm communication is essential for their understanding and comfort.
timer
0:45
Slide 13 - Open vraag
He's very ill, so please doctor come ...
meteen
meteen
A
immediate
B
immediately
Slide 14 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: Ik ben stagiaire op een somatiek afdeling.
timer
0:45
Slide 15 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: snijden
A
sniper
B
cat
C
snyding
D
cut
Slide 16 - Quizvraag
Vertaal naar het Nederlands: Go straight ahead until you see the big red building on your left.
timer
0:45
Slide 17 - Open vraag
Vertaal naar het Nederlands: Anatomy
A
Anamnese
B
Anatomie
C
Anagram
D
Annotatie
Slide 18 - Quizvraag
Vertaal: Ik informeer de familie van de patient over de gezondheidstoestand.
timer
0:45
Slide 19 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: Evaluatie
A
Evaluation
B
Elevation
C
Evaporation
D
Evolution
Slide 20 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: Sla rechts af bij het stoplicht en loop dan nog 5 min.
timer
0:45
Slide 21 - Open vraag
Vertaal naar het Nederlands: Care plan
A
Anamnese
B
Zorgeloos
C
Zorgplan
D
Zwaartepunt
Slide 22 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: Ik moet de patienten ondersteunen bij het eten.
timer
0:45
Slide 23 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: Observatie
A
Occasion
B
Observation
C
Occupation
D
Obstruction
Slide 24 - Quizvraag
Vertaal naar het Engels: De dokter heeft medicijnen voorgeschreven.
timer
0:45
Slide 25 - Open vraag
Vertaal naar het Nederlands: Rehabilitation
A
Revolutie
B
Reactief
C
Relatiebemiddeling
D
Revalidatie
Slide 26 - Quizvraag
Hoe zeg je: Ik werk met dementerende ouderen.
timer
0:45
Slide 27 - Open vraag
Vertaal naar het Nederlands: Ethics
A
Euforisch
B
Etnisch
C
Ethiek
D
Eufemisme
Slide 28 - Quizvraag
Vertaal naar het Nederlands: Being patient and kind is crucial when caring for those with dementia.
timer
0:45
Slide 29 - Open vraag
Vertaal naar het Engels: Aan de overkant van de straat
A
a cross on the street
B
cross over street
C
across the street
D
because of the street
Slide 30 - Quizvraag
Hoe vertel je in het Engels wat je taken zijn op stage?
