H6.1

Welkom
4 MAVO ||  2021-2022

Hoofdstuk 6 - De overheid en ons inkomen
Exameneenheid Overheid en bestuur en verrijkingsstof


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
4 MAVO ||  2021-2022

Hoofdstuk 6 - De overheid en ons inkomen
Exameneenheid Overheid en bestuur en verrijkingsstof


Slide 1 - Tekstslide

Programma

  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les
  • Kun je beschrijven wat groei betekent voor de economie
  • Kun je verklaren wat de gevolgen ervan zijn voor de overheidsfinanciën
  • Kun je verklaren wat burgers merken van economische groei

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 - De overheid en ons inkomen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wat was ook alweer het BBP?

Slide 6 - Open vraag

Wat was ook alweer het BBP?

Bruto Binnenlands Product:
De totale geldwaarde van alle geproduceerde goederen en diensten
Wanneer dit stijgt, spreken we van economische groei

Slide 7 - Tekstslide

Groei heeft dus te maken met productie
  • Om meer te produceren, gaan bedrijven meer investeren en meer werknemers in dienst nemen. 
  • Hierdoor daalt de werkloosheid.
  • Als de economie groeit, nemen de inkomsten van zowel de bedrijven als van de werknemers toe 
  • en stijgt dus het nationaal inkomen.


Slide 8 - Tekstslide

Economische groei, de overheid en haar inkomen

  • Economische groei heeft gevolgen voor de inkomsten van de overheid.
  • Meer inkomstenbelasting doordat meer mensen werk hebben en de lonen stijgen.
  • Meer vennootschapsbelasting doordat bedrijven meer winst maken.
  • Meer btw-opbrengsten doordat consumenten meer kopen.

Slide 9 - Tekstslide

Economische groei, de overheid en haar uitgaven

  • Economische groei heeft ook gevolgen voor de uitgaven van de overheid. 
  • Als de productie toeneemt, neemt de werkloosheid af en dalen de uitgaven voor werkloosheidsuitkeringen.
  • Ook voor werkenden heeft dat gevolgen. 
  • Als de overheid minder werkloosheidsuitkeringen moet betalen, kunnen sociale premies en loonbelasting omlaag. 
  • Werkenden houden dan meer nettoloon over.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Wat gebeurde er in 2007/zomer 2008?

Slide 12 - Open vraag

Economische groei viel tegen!

  • Als de groei langere tijd daalt en lager is dan gemiddeld, is er een recessie.
  • Uiteindelijk kan het bbp zelfs krimpen. 
  • Dan neemt de totale productie af.
  • Als een recessie langere tijd aanhoudt of als het bbp krimpt, kun je spreken van een economische crisis.

Slide 13 - Tekstslide

Gevolgen recessie / crisis

  • Een economische recessie of crisis kan zichzelf versterken.
  • Als bedrijven minder winst maken en de werkgelegenheid afneemt, dan daalt het nationaal inkomen. 
  • Het gevolg is dat de investeringen door bedrijven en onze bestedingen voor consumptie dalen. Daardoor neemt de productie nog verder af.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Hoe groot mag het tekort maximaal zijn? 
Hoe groot mag de staatsschuld maximaal zijn van het BBP? 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Hoe groot mag het tekort maximaal zijn?

Hoe groot mag de staatsschuld maximaal zijn van het BBP?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

De economie stimuleren

  • Om uit een economische recessie te komen, kan de overheid de economie stimuleren.
  • Zo kan zij bijvoorbeeld
  • meer geld investeren in de infrastructuur.
  • de inkomstenbelasting verlagen.
  • subsidie geven aan bedrijven die willen investeren in vernieuwende producten.
  • investeren in verbetering van het onderwijs.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Aan de slag
Maken t/m H6.1 
Zachtjes overleggen! / Aan docent vragen
Klaar? Nakijken
Niet af? Huiswerk!
Tot 5 minuten voor tijd

Slide 24 - Tekstslide