Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Blok 3 - dictee 3
doel:groep 5
Ik leer woorden met -ig schrijven.
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spelling
Basisschool
Groep 6
In deze les zitten
28 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
doel:groep 5
Ik leer woorden met -ig schrijven.
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 3 - Open vraag
Maak het woord af.
De behend... Layla maakt een doelpunt.
Slide 4 - Open vraag
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 5 - Open vraag
Maak het woord af.
De len... Mona.
Slide 6 - Open vraag
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 7 - Open vraag
onrustig
Slide 8 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 9 - Open vraag
gevoelig
Slide 10 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 11 - Open vraag
eenvoudig
Slide 12 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 13 - Open vraag
onschuldig
Slide 14 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 15 - Open vraag
merkwaardig
Slide 16 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 17 - Open vraag
driftig
Slide 18 - Tekstslide
Schrijf het woord op!
Slide 19 - Open vraag
Slide 20 - Tekstslide
lesdoel groep 6
Ik de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd schrijven en ik weet wat het onderwerp is.
Slide 21 - Tekstslide
Wat zijn de regels?
Tegenwoordige tijd
Persoonsvorm tegenwoordige tijd (tt):
ik
of
jij (je) erachter
ik-vorm
(meestal stam = -en van hele werkwoord)
ik word
vind jij (je)
ik loop
de ander
:
jij/hij/zij/het
ik-vorm + t
jij word
t
zij vind
t
hij loop
t
meer:
wij/zij/jullie/de mensen
hele werkwoord
wij vinden,
jullie worden,
de mannen lopen
TT
Slide 22 - Tekstslide
werkwoord: melden
Hij ..... zich bij de politie.
TT
Slide 23 - Open vraag
Tegenwoordige tijd
SCHUDDEN
Zit er een
d
in het hele werkwoord dan krijgt de hij-vorm een
dt
aan het eind.
wij worden - hij wordt
ik .........jij
ik vorm
ik schud
jij/hij/zij/het meisje
ik vorm+
t
hij schud
t
jullie/ wij
hele ww
wij schudden
Slide 24 - Tekstslide
werkwoord: raden
TT
De man ..... het getal.
Slide 25 - Open vraag
werkwoord: raden
TT
.... jij het getal?
Slide 26 - Open vraag
werkwoord: redden
TT
De hond ..... het meisje.
Slide 27 - Open vraag
Spelling - dictee 3 - bladzijde 52
Eerst krijgt groep 5 het dictee
Groep 6 speelt taalblobs
Dan krijgt groep 6 het dictee
en speelt groep 5 taalblobs.
Slide 28 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Blok 4 - les 11 dictee op papier
17 dagen geleden
- Les met
12 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5,6
Dictee 2 / blok 5 - dictee 3
8 dagen geleden
- Les met
11 slides
Blok 3 - dictee 7
Oktober 2024
- Les met
24 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5,6
blok 3 - les 8 - herhalen circus en knabbelen
Oktober 2024
- Les met
27 slides
Spelling
Basisschool
Groep 6
Blok 1, les 3 dictee groep 5 en 6
September 2024
- Les met
19 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5,6
Blok 4 - dictee 3
November 2024
- Les met
14 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5,6
Controledictee blok 2 - klas 5/6
September 2024
- Les met
37 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5,6
Blok 2 - week 1 - les 1 PV tegenwoordige tijd
September 2024
- Les met
28 slides
Spelling
Basisschool
Groep 6