V3 | Les 7 | Latijn | 26-09-2024

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom & Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Programma

  • Terugblik: indicativus praesens en stammen
  • Leerdoelen opstellen: infinitivus en imperativus
  • Aan de slag: taaloefeningen en Latona
  • Reflectie en leerdoelen check: hebben we het begrepen?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn (in de juiste volgorde) de uitgangen van het ww in het Latijn?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep hoort tenere (teneo)

(Vasthouden)
A
a-stam
B
e-stam
C
mk-stam
D
i-stam

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep hoort bibere (bibo)

(Drinken)
A
a-stam
B
e-stam
C
mk-stam
D
i-stam

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep hoort rogare (rogo)

(Vragen)
A
a-stam
B
e-stam
C
mk-stam
D
i-stam

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kan de uitgangen van de indicativus praesens, imperativus en infinitivus herkennen en determineren. 
  • Je kan aangeven tot welke van vijf groepen een werkwoord behoort. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoord: persoonsvormen
Dit zijn de uitgangen van de persoonsvormen in de tegenwoordige tijd in het ev (ik, jij, hij) en mv (wij, jullie, zij). Dit noem je de indicativus praesens.

Indicativus =
1, 2, 3 ev
1, 2, 3 mv

Praesens = tegenwoordige tijd

Persoon
Uitgang
ik
o
jij
s
hij/zij/het
t
wij
mus
jullie
tis
zij
nt

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Werkwoord: stammen
Hele ww
Stam
Groep
1e persoon
amare
ama-
a-stam
amo
tenere
tene-
e-stam
teneo
audire
audi-
i-stam
audio
mittere
mitt-
mk-stam
mitto
capere
cap-
mix-stam
capio

Slide 10 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Imperativus & infinitivus
Inf
Imp ev
Imp mv
Vertaling
ama-re
ama
ama-te
Heb lief!
tene-re
tene
tene-te
Houd vast!
audi-re
audi
audi-te
Luister!
mitte-re
mitt-e
mitt-i-te
Stuur!
cape-re
cap-e
cap-i-te
Pak!
Indicativus = hele www

Imperativus = gebiedende wijs (bevel). Je mag ook vertalen:
ev > jij moet luisteren
mv > jullie moeten luisteren

Slide 11 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak taaloefeningen B en C op pagina 25 van je oefenboek.

De woorden staan op pag. 12, 15 en 22 van je oefenboek.




timer
15:00

Slide 12 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees de tekst op pag. 26-27 van je tekstboek en maak de vragen op pag. 22 van je werkboek.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig naamwoord: groep 1 en 2
Zelfstandige naamwoorden worden ingedeeld in groepen. Woorden hebben een geslacht (vrouwelijk/mannelijk/onzijdig)
Naamval
Getal
Functie
Groep 1: V
Groep 2: M
Groep 2: O
Nom 
Ev
Onderwerp
mens-a
serv-us
don-um
Acc
Ev
Lijdend vwp
mens-am
serv-um
don-um
Nom
Mv
Onderwerp
mens-ae
serv-i
don-a
Acc
Mv
Lijdend vwp
mens-as
serv-os
don-a

Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Reflectie
  1. Je kan de uitgangen van de indicativus praesens, imperativus en infinitivus herkennen en determineren.
  2. Je kan aangeven tot welke van vijf groepen een werkwoord behoort. 

Slide 16 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.