Much and Many

Much and Many
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Much and Many

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What are we going to learn today?
Lesson goals
Warm-up activity: reading stones 2
Main activity: Writing and grammar 
Checking work previous class/ working on grammar task 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesson goals
At the end of the lesson you have a better knowledge about the difference between much and many/ a lot/ lots of few and a little 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warm-up activity:
Read
  • We are going to read a text
  • While reading pay attention to the words.
  • What words do you see repeating itself? 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Much (Veel)

  • 'Much' gebruik je voor dingen die niet telbaar zijn
   
Much money, much stuff, much work


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Many (Veel)
  • Many gebruik je voor dingen die wel telbaar zijn

Many beach balls, many bears, many shoes

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 much / many (veel)
Much:
Enkelvoud /
kan je niet tellen
Many:
Meervoud /
kan je wel tellen
milk
salt
money
apples
pancakes
cats

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Main activity:
  • Pages: 60
  • Task : 51-52
  • How? together
  • Time? 15 min

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

                      KB

Pages: 60
Task 51-52-53-54
How? 
Time? 
Finished
                          GL: 

Pages: 60 
Task: 53-54-55-56
How? in silence
Time? 
Finished? 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Post activity: Lesson up quiz
Quiz time

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What does much and many mean?
A
number of things
B
how many
C
a lot
D
a little

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Much and many means 'veel' in Dutch.
A
true
B
false

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Much and many gebruik je
A
om tijd aan te geven
B
om de tijd aan te geven
C
om hoeveelheid aan te geven
D
om de dagen aan te geven

Slide 17 - Quizvraag

Much en many gebruik je om te zeggen dat er 'veel' van iets is. 
Wat do the words 'Many' and 'Much' mean in Dutch?
A
Veel
B
Vaak
C
Weinig
D
Sommige

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

MUCH AND MANY
Fill in: much or many

There are so _____cities in the United Kingdom, I can’t choose which one to visit.

A
much
B
many

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

is this sentence correct or incorrect?
For lunch today, I ate many sandwiches and drank much water
A
correct
B
incorrect

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul in: much of many?

I drank too ... water and now I have to pee!
A
much
B
many

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Spiders are the favourite food for many/much small mammals, birds and fish.
A
much
B
many

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... music
A
many
B
much

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... work
A
many
B
much

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... recipes
A
many
B
much

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... tea
A
many
B
much

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... horses
A
many
B
much

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... people
A
many
B
much

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... butter
A
many
B
much

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... messages
A
many
B
much

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... traffic
A
many
B
much

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Look at the word and choose much or many.

... websites
A
many
B
much

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je MUCH and MANY?
A
MUCH: bij wat je kunt tellen + meervoud
B
MANY: bij wat je niet kunt tellen + enkelvoud
C
MANY: bij wat je kunt tellen + meervoud
D
MUCH: bij wat je niet kunt tellen + enkelvoud

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

much or many?

I drank too ... water and now I have to pee!
A
much
B
many

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Much or many?
They caused ............. damage to buildings and shops.
A
much
B
many

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Much or many?
.............. of my classmates are always very happy and busy.
A
much
B
many

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Much or many?
money
A
much
B
many

Slide 37 - Quizvraag

Note:
In the test, they ask why it is much money, if it can be counted. Explain that we don't say one money, two moneys, and that money in plural is not moneys. 
Recap
What did we learn today?

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spin the wheel
Sta op = many
Blijf zitten = much

Slide 39 - Tekstslide

Kopieer deze termen in de spinner. 

De spinner is in January 2019 nog een beta optie dus het kan zijn dat deze niet te zien is. 

sugar, wine, sand, boat, water, grape, flower, glass, people, child, food,