10.1 Man en vrouw

10.1 Man en vrouw
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

10.1 Man en vrouw

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je leert:
hoe de geslachtsorganen van een vrouw werken
hoe je zwangerschap voorkomt
wat je kunt doen bij een noodgeval

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn geslachtskenmerken 
Kenmerken waaraan je het geslacht kunt herkennen

Primaire geslachtskenmerken (geboorte) 
Secundaire geslachtskenmerken (puberteit)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Hoe werken de geslachtsorganen van een man?
In de puberteit maken de zaadballen zaadcellen 

Zaadcellen worden tijdelijk opgeslagen in de bijballen 

Slide 5 - Tekstslide

Hoe werken de geslachtsorganen van een man?
Erectie (zwellichamen vullen zich met bloed)
Zaadlozing 

Spieren in de bijbal trekken samen -> zaadleider


Slide 6 - Tekstslide

Hoe werken de geslachtsorganen van een vrouw?
Eicellen in de eierstokken

Eierstokken bevatten onrijpe cellen (follikel)
Tijdens het rijpen komt er vocht in de follikel en wordt die groter
Na 14 dagen barst die open (rijpe eicel) komt in eileider
Eisprong (ovulatie)


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Hoe werken de geslachtsorganen van een vrouw?
Tijdens het rijpen, wordt je baarmoederslijmvlies dikker 

Als de eicel niet wordt  bevrucht, laat slijmvlies los (menstruatie)

Een menstruatiecyclus duurt ongeveer 28 dagen 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Voorbehoedsmiddel / anticonceptie
Moet voldoen aan 3 eisen:
- het voorkomt zwangerschap
- het is makkelijk in gebruik
- het is niet schadelijk voor je gezondheid 

Slide 12 - Tekstslide

Het condoom (man)

Slide 13 - Tekstslide

Het vrouwencondoom

Slide 14 - Tekstslide

De pil (de anticonceptiepil)

Slide 15 - Tekstslide

Het spiraaltje

Slide 16 - Tekstslide

De nuvaring

Slide 17 - Tekstslide

Het hormoonstaafje

Slide 18 - Tekstslide

De prikpril

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Morning-after pil (noodgeval)

Slide 22 - Tekstslide

Abortus
0 – 7 weken zwanger: abortuspil. Een pil met nog zwaardere hormonen dan de morning-afterpil.
7 – 13 weken zwanger: zuigcurettage. Onder plaatselijke verdoving wordt met een zuigpompje het baarmoederslijmvlies met het embryo weggezogen. Dit gebeurt via de baarmoedermond.
13-24 weken zwanger: late abortus. De arts maakt het vruchtvlies stuk, zodat het vruchtwater wegloopt en het kindje in de baarmoeder sterft.

Slide 23 - Tekstslide

Aan het werk 
Maken opdracht 3 tot en met 15 van paragraaf 10.1

16 tot en mt 23 wordt huiswerk 


Slide 24 - Tekstslide