Beoordeel je taalvaardigheid van het Duits
1 / 21
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Mondelinge productie (A1):
Kan je je naam in het Duits zeggen?
Kan je je naam in het Duits zeggen?
😒🙁😐🙂😃
Slide 3 - Poll
Mondelinge productie (A1):
Kan je vertellen wat je graag doet in je vrije tijd in het Duits?
Kan je vertellen wat je graag doet in je vrije tijd in het Duits?
😒🙁😐🙂😃
Slide 4 - Poll
Mondelinge productie (A1):
Kan je eenvoudige voorwerpen benoemen in het Duits?
Kan je eenvoudige voorwerpen benoemen in het Duits?
😒🙁😐🙂😃
Slide 5 - Poll
Mondelinge productie (A2):
Kan je in het Duits beschrijven hoe je naar school gaat?
Kan je in het Duits beschrijven hoe je naar school gaat?
😒🙁😐🙂😃
Slide 6 - Poll
Mondelinge productie (A2):
Kan je eenvoudig vertellen wat je plannen zijn voor het weekend of de vakantie?
Kan je eenvoudig vertellen wat je plannen zijn voor het weekend of de vakantie?
😒🙁😐🙂😃
Slide 7 - Poll
Monoloog: een pleidooi houden A2:
Kan je in het Duits praten over waarom gezond eten belangrijk is?
Kan je in het Duits praten over waarom gezond eten belangrijk is?
A
ja
B
een beetje
C
nee
Slide 8 - Quizvraag
Openbare mededelingen A2:
Ik kan belangrijke informatie delen over een activiteit, zoals datum en benodigdheden.
Ik kan belangrijke informatie delen over een activiteit, zoals datum en benodigdheden.
A
ja
B
een beetje
C
nee
Slide 9 - Quizvraag
Een publiek toespreken A1:
Ik kan een kort stukje tekst voorbereiden over een specifiek onderwerp.
Ik kan dit stukje tekst gebruiken als leidraad tijdens mijn presentatie.
Ik kan mijn gedachten en ideeën duidelijk aan anderen overbrengen met behulp van deze voorbereide tekst.
Ik kan een kort stukje tekst voorbereiden over een specifiek onderwerp.
Ik kan dit stukje tekst gebruiken als leidraad tijdens mijn presentatie.
Ik kan mijn gedachten en ideeën duidelijk aan anderen overbrengen met behulp van deze voorbereide tekst.
A
ja
B
een beetje
C
nee
Slide 10 - Quizvraag
Een publiek toespreken A2:
Ik kan in het Duits een korte presentatie geven - die je hebt voorbereid - over jouw favoriete hobby. Je kunt eenvoudige vragen beantwoorden over de presentatie.
Ik kan in het Duits een korte presentatie geven - die je hebt voorbereid - over jouw favoriete hobby. Je kunt eenvoudige vragen beantwoorden over de presentatie.
A
ja
B
een beetje
C
nee
Slide 11 - Quizvraag
Aussprache:
Weet je hoe je deze klinkers - u, ei, eu, ie en i - moet uitspreken in het Duits?
Weet je hoe je deze klinkers - u, ei, eu, ie en i - moet uitspreken in het Duits?
Slide 12 - Poll
Ik kan strategieën toepassen om een gesprek gaande te houden
A
ja
B
nee
C
een beetje
Slide 13 - Quizvraag
Aussprache:
Weet je hoe je de medeklinkers s, ß en z moet uitspreken in het Duits?
Weet je hoe je de medeklinkers s, ß en z moet uitspreken in het Duits?
Slide 14 - Poll
Aussprache:
Weet je hoe je een klinker met een zogenaamde Ümlaut - ü, ä, ö en äu - moet uitspreken?
Weet je hoe je een klinker met een zogenaamde Ümlaut - ü, ä, ö en äu - moet uitspreken?
😒🙁😐🙂😃
Slide 15 - Poll
Aussprache:
Weet je hoe je de Ich en de Ach Laut moet uitspreken?
Weet je hoe je de Ich en de Ach Laut moet uitspreken?
😒🙁😐🙂😃
Slide 16 - Poll
Ik vind het spannend om te spreken in het Duits.
A
ja
B
nee
C
een beetje
Slide 17 - Quizvraag
Mijn docent spreekt Duits in de les.
A
altijd
B
nooit
C
soms
Slide 18 - Quizvraag
Duits spreken doe ik het liefst met een klasgenoot of in een groepje!
A
ja
B
nee
C
maakt mij niet uit
Slide 19 - Quizvraag
Als ik luister naar het Duits dan begrijp ik wat er wordt gezegd.
