Technologische hulpmiddelen bij dementie

Technologische hulpmiddelen bij dementie
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Technologische hulpmiddelen bij dementie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kan je vertellen welke technologische hulpmiddelen ingezet kunnen worden bij zorgvragers met dementie.

Slide 2 - Tekstslide

Vertel de studenten wat ze aan het einde van de les moeten kunnen.
Wat weet je al over technologische hulpmiddelen bij dementie?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dementie?
Dementie is een aandoening waarbij de hersenen worden aangetast. Hierdoor kunnen mensen problemen krijgen met onder andere het geheugen, de taal en het herkennen van personen.

Slide 4 - Tekstslide

Leg in het kort uit wat dementie is.
Waarom technologische hulpmiddelen?
Technologische hulpmiddelen kunnen helpen bij het verminderen van de symptomen van dementie en het verbeteren van de kwaliteit van leven van zorgvragers.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit waarom technologie kan helpen bij dementie.
Voorbeelden van technologische hulpmiddelen
Er zijn verschillende technologische hulpmiddelen die ingezet kunnen worden bij dementie, zoals: GPS-systemen, herinneringssystemen en beeldbellen.

Slide 6 - Tekstslide

Geef voorbeelden van technologische hulpmiddelen.
GPS-systemen
GPS-systemen kunnen ervoor zorgen dat zorgvragers niet verdwalen en veilig thuis kunnen komen.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit wat GPS-systemen zijn en hoe ze kunnen helpen bij dementie.
Herinneringssystemen
Herinneringssystemen kunnen helpen bij het onthouden van afspraken en dagelijkse taken.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit wat herinneringssystemen zijn en hoe ze kunnen helpen bij dementie.
Beeldbellen
Beeldbellen kan helpen bij het onderhouden van sociale contacten en het verminderen van eenzaamheid.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit wat beeldbellen is en hoe het kan helpen bij dementie.
Andere hulpmiddelen
Naast GPS-systemen, herinneringssystemen en beeldbellen zijn er nog veel meer technologische hulpmiddelen die ingezet kunnen worden bij dementie. Het is belangrijk om te kijken welk hulpmiddel het beste past bij de zorgvrager.

Slide 10 - Tekstslide

Geef aan dat er nog meer hulpmiddelen zijn en dat het belangrijk is om te kijken welke het beste past bij de zorgvrager.
Voordelen van technologische hulpmiddelen
Technologische hulpmiddelen kunnen ervoor zorgen dat zorgvragers langer zelfstandig kunnen blijven wonen en dat de zorg voor de mantelzorger minder zwaar wordt.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit wat de voordelen zijn van technologische hulpmiddelen.
Aandachtspunten
Bij het inzetten van technologische hulpmiddelen is het belangrijk om rekening te houden met de privacy van de zorgvrager en de veiligheid van de technologie.

Slide 12 - Tekstslide

Geef aan wat belangrijke aandachtspunten zijn bij het inzetten van technologische hulpmiddelen.
Samenvatting
Technologische hulpmiddelen kunnen helpen bij het verminderen van de symptomen van dementie en het verbeteren van de kwaliteit van leven van zorgvragers. Er zijn verschillende hulpmiddelen die ingezet kunnen worden, zoals GPS-systemen, herinneringssystemen en beeldbellen. Het is belangrijk om te kijken welk hulpmiddel het beste past bij de zorgvrager en rekening te houden met privacy en veiligheid.

Slide 13 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.