2.5 Aanzichten

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 1,2

2.5 Aanzichten

De eerste 5 dia's doe je samen, de rest doen ze individueel aan het einde. (niet als les maar als zelfstandige opdracht dus asynchroon)

Diagnostisch te gebruiken

Sleep de ruimtefiguren naar het juiste vakje!

Prisma

Cilinder

Balk

Kubus

Piramide

Kegel

Bol

Ruimtefiguren = diepte zien

Je hersenen laten niet altijd zien wat er staat.

Je hersenen vullen de kleuren aan, maar dit lukt niet altijd goed.

• 
  
  

Ruimtefiguren = diepte zien

De hersenen zijn geneigd steeds kleiner wordende cirkels als beweging te interpreteren.

Ruimtefiguren = diepte zien

Ook gaan je hersenen op zoek naar bekende vormen:

Wat zie jij op de volgende pagina?

1. Ik zie een eend
2. Ik zie een konijn
3. Ik zie iets anders
4. Ik zie een eend en een konijn

Lesdoelen

- Je weet wat aanzichten zijn.

- Je kun het vooraanzicht, zijaanzicht en bovenaanzicht herkennen.

- Je kunt een aanzicht tekenen bij een bouwwerk.

Theorie

Een tekening of een foto waarvan je ziet hoe een ruimtefiguur er van bovenaf uit ziet heet een bovenAanzicht.

Theorie

Als je een ruimtefiguur van voren bekijkt, krijg je een vooraanzicht. Bekijk je het van de zijkant, dan krijg je een zijaanzicht. 

Kijk je van de rechterkant, dan zie je het rechter zijaanzicht.

Kijk je van de linkerkant, dan zie je het linker zijaanzicht.

Aanzichten vogelhuisje

Aanzichten in bouwtekeningen

Op veel momenten in je leven kom je in aanraking met aanzichten. Bijvoorbeeld als je een nieuw huis gaat kopen of bouwen, maar ook in de techniek en bij heel veel andere momenten in je leven kom je aanzichten tegen.

Welk aanzicht hoort bij a, b en c?

zijaanzicht

bovenaanzicht

vooraanzicht

Welke aanzicht van
het huis zie je?

voorkant

1. zijaanzicht
2. vooraanzicht
3. bovenaanzicht
4. weet het nog niet

De leerlingen werken zelfstandig de volgende 10 vragen door.

Ze kunnen kiezen om nog wat extra te oefenen (met een uitleg filmpje en nog een aantal opdrachten) of juist wat meer uitdaging. (dan komen de hoogtecijfers al even kijken)

Aanzichten in figuren

Welk aanzicht zie je van het poppetje?

1. voor aanzicht
2. zijaanzicht
3. bovenaanzicht

Rechts zie je een...

1. vooraanzicht
2. zijaanzicht
3. bovenaanzicht

Sleep naar de juiste plek

Vooraanzicht

Bovenaanzicht

Zijaanzicht

Hoe ziet het vooraanzicht eruit?

1. 
2. 
3. 

Wat is het vooraanzicht

1. 
2. 
3. 
4. 

Welk aanzicht is getekend naast het bouwwerk?

1. Vooraanzicht
2. Zijaanzicht
3. Bovenaanzicht
4. Geen van allen

Welk bouwwerk hoort bij het rechter zijaanzicht?

1. A
2. B
3. C

Zelfstandig werken

Maak uit je Wiskundeboek:

• De testopgave behorend bij theorie H van pagina 87 van 2.5.
• Kijk de opdracht na. Bepaal je route.
• Maak opdracht 62 t/m 70 (alleen die van jouw route).

Op veel momenten in je leven kom je in aanraking met aanzichten. Bijvoorbeeld als je een nieuw huis gaat kopen of bouwen, maar ook in de techniek en bij heel veel andere momenten in je leven kom je aanzichten tegen.

Wat  is het rechteraanzicht?

1. 
2. 
3. 
4.