Posterproject 3 + 4
1 / 10
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In de kantine kun je eten kopen. Broodjes, fruit, snacks, enzovoort.
Wat betekent 'enzovoort'?
Wat betekent 'enzovoort'?
A
dit was alles
B
voortdurend eten
C
en ook drankjes
D
en nog meer eten
Slide 2 - Quizvraag
Vraag 2: Op school is de huismeester verantwoordelijk voor het schoolgebouw.
Wat betekent 'verantwoordelijk'?
A
De huismeester moet goed op het schoolgebouw letten
B
Het schoolgebouw is van de huismeester
C
De huismeester is de baas
D
Woorden die over het schoolgebouw gaan
Slide 3 - Quizvraag
Vraag 3: Dankzij de lessen op school, kan ik nu goed lezen en schrijven. Wat betekent 'dankzij'?
A
Bedank de juf/meester
B
Door mezelf
C
Door de lessen
D
Niet door de lessen
Slide 4 - Quizvraag
Vraag 4: Gaat je trein rechtstreeks naar Amsterdam of moet je nog overstappen?
Wat betekent 'rechtstreeks' in deze zin?
Wat betekent 'rechtstreeks' in deze zin?
A
Je moet overstappen
B
Via een andere stad
C
Direct
D
Naar de streek Amsterdam
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
De schoolbel gaat. Dat is het signaal dat de les gaat beginnen.
Geef een synoniem voor signaal
Geef een synoniem voor signaal
Slide 7 - Open vraag
aangenaam
ontwerpt
hangt af van
Mo . . . . . . . prachtige huizen.
De temperatuur is vandaag . . . Het is lekker zonnig.
Of je naar het 2e jaar mag,
. . . je rapportcijfers.
Slide 8 - Sleepvraag
Bonusvraag:
Maak zelf een zin met het woord 'via'
Maak zelf een zin met het woord 'via'
