9.6 Bloedtransfusie

Par 9.6 Bloedtransfusie
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Par 9.6 Bloedtransfusie

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet jij (nog) over antigenen?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen:
Je leert dat er verschillende bloedgroepen zijn.
Je leert waar je op moet letten bij een bloedtransfusie

Slide 3 - Tekstslide

Weet jij welke bloedgroep je hebt?
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quizvraag

4  bloedgroepen 
De antigenen (bloedfactoren) op de celmembranen bepalen
welke bloedgroep je hebt:
A, B, AB of O

De rhesusfactor is ook een antigeen, je bent + of -


Slide 5 - Tekstslide

Antistoffen
Je maakt antistoffen tegen de antigenen die je niet kent
A --> antistof B
B --> antistof A
AB --> geen antistof
O --> antistof A en B
-      --> resusantigeen

Slide 6 - Tekstslide

Verdeling bloedgroepen over de wereld
De bloedgroep wordt erfelijk bepaald 

Je geeft de informatie over de bloedgroep door aan je kinderen via de genen


Slide 7 - Tekstslide

Een man heeft geen bloedfactoren op zijn rode bloedcellen maar wel rhesusfactor. Welke bloedgroep heeft hij?
A
AB+
B
AB-
C
O+
D
O-

Slide 8 - Quizvraag

Welke antistoffen maakt een persoon met bloedgroep AB+?
A
Antistoffen tegen A en resusfactor
B
antistoffen tegen A, B en resusfactor
C
Antistoffen tegen A, B
D
geen

Slide 9 - Quizvraag

In Nederland:
Veel mensen in Nederland met bloedgroep O.


Kan iedereen bloed doneren?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Zou jij bloed willen geven zodra je 18 bent?
A
ja
B
nee
C
misschien

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

Leg uit waarom bloed van iemand met bloedgoep O- aan elke bloedgroep gegeven kan worden

Slide 14 - Open vraag

Wat heb je geleerd?

Slide 15 - Woordweb

Weektaak:
Ga aan de slag met de opdrachten uit par. 9.6

Slide 16 - Tekstslide