TRIAGE KD week 1

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
TriageMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Onderwerpen
Braken     
Hoofdpijn     
Neurologische uitval 
Bloedneus    
 

 
 

Slide 2 - Tekstslide

Braken

Slide 3 - Tekstslide

Welke andere benamingen voor braken ken je?

Slide 4 - Woordweb

Hoeveel bloed braakt iemand die puur bloed braakt.
A
Hevig
B
Matig
C
Gering

Slide 5 - Quizvraag

Oorzaak dehydratie
Gevolg dehydratie
Braken 
Koorts 
Diarree
Niet drinken 
Suf
 Geen of donkere urine
Snellere hartslag

Slide 6 - Sleepvraag

Wat wordt veroorzaakt door een virale infectie van maag en darmen
A
Gastritis
B
Gastro-enteritis
C
Ileus
D
Oesophagusvarices

Slide 7 - Quizvraag

Welke aandoening gaat gepaard met hevige pijn, soms kolieken, opgezette buik en braken
A
Gastritis
B
Gastro-enteritis
C
Ileus
D
Oesophagusvarices

Slide 8 - Quizvraag

Bij welke aandoeing kunnen spataders in de slokdarm ontstaan die levensbedreigende bloedingen kunnen geven
A
Gastritis
B
Gastro-enteritis
C
Ileus
D
Oesophagusvarices

Slide 9 - Quizvraag

Waarom is het niet zinvol om bij een infectie van de darmen iets voor te schrijven om het braken te stoppen?

Slide 10 - Open vraag

Wat is ORS?

Slide 11 - Open vraag

Pak je wijzer erbij
Wat is de juiste urgentie in de volgende vragen

Slide 12 - Tekstslide

Iemand heeft naast braken ook last van obstipatie
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 13 - Quizvraag

Iemand heeft spatjes bloed in het braaksel
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 14 - Quizvraag

Jesse is aan het braken en heeft hoofdpijn. Hij vanochtend van zijn fiets gevallen op zijn hoofd
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 15 - Quizvraag

Ella is bekend met suikerziekte, zij is aan het braken en kortademig.
Ze heeft 1 uur geleden haar insuline ingespoten
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 16 - Quizvraag

Amir heeft het afgelopen uur al 6 keer gebraakt. Zijn maag is ondertussen wel leeg.
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 17 - Quizvraag

Hoofdpijn

Slide 18 - Tekstslide

Wat zijn petechiën?
A
Disfunctionerende drain
B
aandoening van de zenuw
C
Niet weg te drukken vlekjes op de huid
D
oorzaak van drukverhoging

Slide 19 - Quizvraag

Welke ziektebeeld past er bij de volgende criteria?
Plotseling ontstane, zeer heftige, onbekende hoofdpijn
A
Migraine
B
Aangezichtspijn
C
Subarachnoïdale bloeding
D
Subduraal hematoom

Slide 20 - Quizvraag

Dagelijks gebruik van pijnstillers kan chronische hoofdpijn veroorzaken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Waar kan iemand met migriane last van hebben
A
sterretjes en flitsen in het oog
B
braken
C
bonzende hoofdpijn
D
alle bovengenoemde

Slide 22 - Quizvraag

Pak je wijzer erbij
Wat is de juiste urgentie in de volgende vragen

Slide 23 - Tekstslide

Jace kreeg tijdens het sporten een acute zeer heftige hoofdpijn. Hij heeft dit niet eerder gehad
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 24 - Quizvraag

Ali heeft hoofdpijn.
Hij kan zijn kin niet meer naar zijn borst krijgen.
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 25 - Quizvraag

Bloedneus 

Slide 26 - Tekstslide

Welk advies geef je aan iemand met een bloedneus?

Slide 27 - Open vraag

Wat is geen oorzaak van een bloedneus?
A
neuspeuteren
B
hoge bloeddruk
C
Rhinosinusitis
D
blaasontsteking

Slide 28 - Quizvraag

Kinderen onder de 8 jaar hebben geen voorhoofdsholte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag

Neurologische uitval

Slide 30 - Tekstslide

4

Slide 31 - Video

Iemand heeft naast een scheef gelaat ook een oog wat niet goed gesloten kan worden. Bij welke aandoening past dit?
A
CVA
B
ziekte van Bell
C
HNP
D
Drukneuropathie

Slide 32 - Quizvraag

00:47
Wat betekend de afkort TIA
A
Tijdelijk iscchemisch accident
B
trans ischemisch accident
C
Trans infarct Alert
D
trans infart accident

Slide 33 - Quizvraag

00:53
Wanneer spreken we van een TIA
A
Bij een uitval die zich binnen 6 uur herstelt,
B
Bij een uitval die zich binnen 24 uur herstelt,
C
Bij een uitval die zich binnen 1 jaar herstelt,
D
Bij een uitval die zich binnen 48 uur herstelt,

Slide 34 - Quizvraag

01:13
Hoe noemen we de test die een mogelijke beroerte kan bepalen

Slide 35 - Open vraag

02:09
Binne hoeveel uur kan er gestart worden met trombolyse en trombectomie?
A
1 uur
B
48 uur
C
6 uur
D
altijd

Slide 36 - Quizvraag

Pak je wijzer erbij
Wat is de juiste urgentie in de volgende vragen

Slide 37 - Tekstslide

Marja is bekend met een hernia, zij voelt sinds vandaag niets meer aan haar been
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 38 - Quizvraag

Tijdens de dagelijkse wandeling zakte meneer de groot door zijn rechter been en kon hem niet meer gebruiken. Gelukkig zijn de klachten voorbij.
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 39 - Quizvraag

Marlon heeft net zijn glas cola laten vallen, hij heeft een scheef gelaat en kan zijn arm niet gebruiken.
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 40 - Quizvraag

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Poll