week 44

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Goals this week
- vertellen over jezelf en anderen
- leren over kwaliteit
- klaarstomen voor de toets

Slide 2 - Tekstslide

Test
- words 2 t/m 5
Zinnen maken:
- am/is/are
- have/has got

Slide 3 - Tekstslide

This lesson 1/3
- laatste presentaties
- oefentoets

Slide 4 - Tekstslide

To do:
  • last presentations
  • oefentoets:
    1. Open de toets in Teams
    2. Vouw je Chromebook dubbel.
    3. Schrijf je antwoorden in je schrift.
    5. Toets nakijken
  • Wat ging goed? Wat kan beter? 

Slide 5 - Tekstslide

Wat ging goed?
woordjesEN-NL
woordjes NL-EN
have/has got (hebben)
to be (zijn)
have/has got + to be

Slide 6 - Poll

Waar moet je nog wat mee oefenen?
woordjesEN-NL
woordjes NL-EN
have/has got (hebben)
to be(zijn)
have/has got + to be

Slide 7 - Poll

Slide 8 - Tekstslide

Goals this week

- klaarstomen voor de toets

Slide 9 - Tekstslide

This lesson 2/3
  • oefenen
  • extra uitleg
  • vragen stellen 

Slide 10 - Tekstslide

Have / has got (hebben
- 6 questions-

Slide 11 - Tekstslide

have got
has got
I
you
he
she
it
you (mv)
we
they

Slide 12 - Sleepvraag

Which sentence is correct?
A
Have you got a bike?
B
Has you got a bike?

Slide 13 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
Have Harry Potter got an owl?
B
Has Harry Potter got an owl?

Slide 14 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
Have we got lunch?
B
Has we got lunch?

Slide 15 - Quizvraag

____ you _____ a favourite singer?

Slide 16 - Open vraag

Mr Jones ____ a red jacket.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

am / is / are (zijn)
- 4 questions-

Slide 19 - Tekstslide

am
is
are
I
you
he
she
it
you (mv)
we
they

Slide 20 - Sleepvraag

I ______ very tall
A
am
B
are
C
is

Slide 21 - Quizvraag

David and Joan _____ dating
A
am
B
are
C
is

Slide 22 - Quizvraag

They ....... very busy, they are watching video's.
A
isn't
B
am not
C
aren't

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Ik heb 2 honden, ze zijn 6 jaar oud.
I ........ 2 dogs, they ..... 6 years old.

Slide 26 - Open vraag

Mijn vrienden hebben een auto. Het is geen leuke auto.
My friends ____ a car. It ____ a nice car.

Slide 27 - Open vraag

To do:
Practise words: 

Practise am/is/are (zijn)

Practise have/ has got (hebben)


easy peasy? --> lyricstraining.com 

Slide 28 - Tekstslide

I am ready for the test
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll