L'adjectif 4ème classe

Bijvoeglijk naamwoord 

(l'adjectif)
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bijvoeglijk naamwoord 

(l'adjectif)

Slide 1 - Tekstslide

Vous connaissez des adjectifs?

Slide 2 - Woordweb

objectif de ce cours :
Het bijvoeglijk naamwoord in het Frans aan kunnen passen aan het zelfstandig naamwoord (zowel de regelmatige vormen als de uitzonderingen)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

La femme est......(aardig)
A
gentil
B
gentile
C
gentila
D
gentille

Slide 6 - Quizvraag

J'habite dans une ... (klein) maison
A
petite
B
petit
C
petits
D
petites

Slide 7 - Quizvraag

C'est une ville ... (gevaarlijk).
A
dangereux
B
dangereuse
C
dangereuxe
D
dangereuses

Slide 8 - Quizvraag

Dans cette rue, il y a de ...(mooie) fleurs (vr.mv)
A
belles
B
beau
C
beaux
D
belle

Slide 9 - Quizvraag

Luc et Pierre sont ... (nieuw) ici.
A
nouveaus
B
nouvelles
C
nouvelle
D
nouveaux

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide



PLAATS BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Slide 12 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord staat meestal ... het zelfstandig naamwoord
A
Voor
B
Achter

Slide 13 - Quizvraag

voor het zelfstandig naamwoord:

Slide 14 - Tekstslide

Voor of achter het zelfstandig naamwoord?
Joli
A
Voor
B
Achter

Slide 15 - Quizvraag

Un joli tableau

Slide 16 - Tekstslide

Voor of achter het zelfstandig naamwoord?
Bleu
A
Voor
B
Achter

Slide 17 - Quizvraag

Un tableau bleu

Slide 18 - Tekstslide

Voor of achter het zelfstandig naamwoord?
Grand
A
Voor
B
Achter

Slide 19 - Quizvraag

Un grand tableau

Slide 20 - Tekstslide

Voor of achter het zelfstandig naamwoord?
Gros
A
Voor
B
Achter

Slide 21 - Quizvraag

Un gros livre

Slide 22 - Tekstslide

Voor of achter het zelfstandig naamwoord?
Rouge
A
Voor
B
Achter

Slide 23 - Quizvraag

Un livre rouge

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide