Thema 2: basisstof 8

Thema 2
VOORPLANTING EN SEKSUALITEIT
3 streepjes III
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Thema 2
VOORPLANTING EN SEKSUALITEIT
3 streepjes III

Slide 1 - Tekstslide

Doel: leg uit wat dit is
  • NIPT TEST
  • Echoscopie 
  • Vlokkentest 
  • Vruchtwaterpunctie

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling B6 & 7
VOORPLANTING EN SEKSUALITEIT

Slide 3 - Tekstslide

Wat doet het vruchtwater? Het beschermt tegen:
A
Stoten
B
Temperatuur wisselingen
C
Uitdroging

Slide 4 - Quizvraag

hoe voorkomt een hormoonspiraaltje een zwangerschap?
A
de eileiders worden afgesloten voor zaadcellen
B
de follikelrijping wordt geremd door FSH en LH
C
de baarmoeder is niet toegankelijk voor zaadcellen
D
de eisprong wordt geremd door progesteron

Slide 5 - Quizvraag

Hoe voorkomt de pil zwangerschap?
A
Embryo kan niet groeien
B
Menstruatie vindt eerder plaats
C
Eicel wordt onvruchtbaar
D
Hormonen voorkomen ovulatie

Slide 6 - Quizvraag

je ziet een condoom en een spiraaltje.

Voorkomt het gebruik van een condoom zwangerschap? En voorkomt het gebruik van een spiraaltje zwangerschap?
A
alleen een condoom
B
alleen een spiraaltje
C
zowel een condoom als een spiraaltje

Slide 7 - Quizvraag

Chlamydia is een:
A
Weinig voorkomende soa, veroorzaakt door een virus
B
Weinig voorkomende soa, veroorzaakt door een bacterie
C
Vaak voorkomende soa, veroorzaakt door een virus
D
Vaak voorkomende soa, veroorzaakt door een bacterie

Slide 8 - Quizvraag

Wat wordt er doorgeknipt bij sterilisatie?
A
Bij de man: de zaadleiders Bij de vrouw: de eierstokken.
B
Bij de man: de zaadleiders Bij de vrouw: de eileiders
C
Bij de man: de urinebuis Bij de vrouw: de eierstokken
D
Bij de man: de urinebuis Bij de vrouw: de eileiders

Slide 9 - Quizvraag

SOA's
Bacteriële
Infectie
Virus
Infectie
Chlamydia
Aids
herpes genitalis
Hepatitis B
Gonorroe 
Syfilis

Slide 10 - Sleepvraag

Bescherming tegen SOA
NIET
WEL
Mannencondoom
Vrouwencondoom
De Pil
Het Spiraaltje
De prikpil

Slide 11 - Sleepvraag

Basisstof 8
Erfelijkheidsonderzoek

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoel:
  • Je weet hoe erfelijkheidsonderzoek werkt.
  • Je kent de  methoden om erfelijkheidsonderzoek te doen.
  • Waarom erfelijkheidsonderzoek belangrijk is.

Slide 13 - Tekstslide

De baby laten onderzoeken
  • Onderzoek over de baby voor de geboorte heet prenataal onderzoek.

Er zijn verschillende soorten prenataal onderzoek:
  • Echoscopie
  • Vlokkentest en vruchtwaterpunctie

Slide 14 - Tekstslide

Waarom?
  • Je krijgt te zien of hartje klopt en weet leeftijd
  • Je kan onderzoeken of er afwijkingen in het DNA zitten
  • Je kunt bij ernstige afwijking de zwangerschap afbreken

Slide 15 - Tekstslide

Prenataal onderzoek
  • NIPT TEST
  • Echoscopie (geluiden)
  • Vlokkentest (weefsel placenta)
  • Vruchtwaterpunctie (via buikwand)
    NIPT TEST

Slide 16 - Tekstslide

NIPT

Slide 17 - Tekstslide

NIPT test vanaf 11 weken
NIPT: Non-Invasieve Prenatale Test (=bloedonderzoek moeder)
NIPT

Slide 18 - Tekstslide

Echoscopie

Slide 19 - Tekstslide

Echoscopie

Door middel van geluidsgolven wordt het embryo zichtbaar gemaakt op het scherm.

Alleen abnormale vormen

kunnen worden gesignaleerd

Slide 20 - Tekstslide

PREnataal onderzoek

Slide 21 - Tekstslide

Prenataal onderzoek

Onderzoek voor de geboorte

  • echo
  • vruchtwaterpunctie
  • vlokkentest

Slide 22 - Tekstslide

Vlokkentest
Vanaf de 8e week van de zwangerschap.
Cellen van de embryo worden uit de placenta gehaald en onderzocht op afwijkingen. 

Slide 23 - Tekstslide

Vruchtwaterpunctie
  • 16e week v.d. zwangerschap

  • Vanuit het vruchtwater worden cellen van het embryo gevangen om te onderzoeken

  • Deze onderzoeken (ook vlokkentest) worden niet zomaar gedaan --> kans op een miskraam is hier iets groter (2 op de 1000).

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

B8: Erfelijkheidsonderzoek
Th3: Erfelijkheid
3.8 erfelijkheidsonderzoek

Slide 26 - Tekstslide

Erfelijkheidsonderzoek
Heterozygoot voor een ziekte => drager van dat gen
Genetisch advies => erfelijkheidsonderzoeker

Slide 27 - Tekstslide

Drager

Slide 28 - Tekstslide

Vragen
Pak je laptop

Slide 29 - Tekstslide

Weet jij wat deze woorden betekenen? Sleep de betekenissen naar het juiste woord.
Heb jij de tekst begrepen?
aseksueel
biseksueel
cisgender
gay
gender
GSA
homoseksueel
intersekse
non-binair
panseksueel
lesbienne
transgender
uit de kast komen
Vertellen op wie je valt of wie je bent. 
Valt op een mens.
Een meisje valt op meisjes.
Valt op mensen van hetzelfde geslacht.
geslacht
Niet aangetrokken voelen tot jongens of meisjes.
In het juiste lichaam geboren.
Valt op jongens én meisjes.
Ander woord voor homoseksueel.
Een groepje scholieren dat opkomt voor de acceptatie van iedereen.
Een lichaam met mannelijke én vrouwelijke dingen.
In het verkeerde lichaam is geboren.
Voelen zich geen jongen, en geen meisje. 

Slide 30 - Sleepvraag

Bij welk prenataal onderzoek worden cellen van de embryo onderzocht?
A
vruchtwaterpunctie
B
vlokkentest
C
allebei
D
allebei niet

Slide 31 - Quizvraag

Bij prenataal onderzoek,
wordt er onderzoek gedaan .......
A
bij de pasgeboren baby
B
na de geboorte bij de baby en de moeder
C
voor de geboorte bij de moeder
D
voor de geboorte bij de baby

Slide 32 - Quizvraag

Hoe heet deze methode van prenataal onderzoek
A
Echo
B
Vlokkentest
C
Vruchtwaterpunctie

Slide 33 - Quizvraag

Welke vorm van prenataal onderzoek wordt hier afgebeeld?
A
De echo
B
NIP-test
C
Vruchtwaterpunctie
D
Vlokkentest

Slide 34 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van prenataal onderzoek?
A
Vlokkentest
B
IVF
C
Vruchtwaterpunctie
D
Echo

Slide 35 - Quizvraag

Waarom is prenataal onderzoek belangrijk?
A
Je krijgt te zien of hartje klopt en weet leeftijd
B
Je kan onderzoeken of er afwijkingen in het DNA zitten
C
Je kunt bij ernstige afwijking de zwangerschap afbreken

Slide 36 - Quizvraag

Aan het werk
Maken
  • basisstof 1 t/m 8
  • test jezelf



Slide 37 - Tekstslide