6.3 Samenleven

BS 3 Samenleven
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

BS 3 Samenleven

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • Opstarten

  • Uitleg basisstof 2
  • Zelfstandig aan de slag
  • Afsluiting
Deze les:
Leerdoel
  • Je kunt uitleggen wat een biologisch evenwicht is
  • Je kunt uitleggen hoe soorten afhankelijk zijn van elkaar voor voedsel, een schuilplaats en voortplanting
Tijdpad:
- 5 min. opstarten
- 5 min. herhalen BS 2
- 15 minuten uitleg BS 3
Huiswerk:
- HAVO opdr. 1 tm 3, 5, 6 en 8
- VWO opdr. 1 tm 4, 6, 7 en 8 
 


Slide 2 - Tekstslide

Herhalen BS 2
- welke kringloop is dit?
- welk proces hoort bij pijl 1?
- welk proces hoort bij pijl 2?
- autotroof/ heterotroof?


Slide 3 - Tekstslide

Populatie
Populatie = een groep organismen van dezelfde soort binnen één gebied (ecosysteem).

Populatiegrootte = het aantal individuen in een populatie

Slide 4 - Tekstslide

Hoe groot is een populatie?
Optimale omstandigheden: abiotische en biotische factoren zijn zo gunstig mogelijk: de populatie kan zo groot mogelijk worden.
Abiotische factoren, bijvoorbeeld een optimale temperatuur/ vochtigheid voor het organisme.
Biotische factoren, bijvoorbeeld voldoende voedsel, weinig roofdieren.

Slide 5 - Tekstslide

Optimale omstandigheden ijsbeer

Slide 6 - Woordweb

Biologisch evenwicht
De meeste populaties schommelen om een bepaald vast punt over de jaren heen -> biologisch evenwicht.
Meestal schommelen prooien en roofdieren tegengesteld.


Slide 7 - Tekstslide

Welke lijn is de prooi en welke lijn is het roofdier?
A
Blauw is roofdier, groen is prooidier
B
Blauw is prooidier, groen is roofdier

Slide 8 - Quizvraag

Biologisch evenwicht

Slide 9 - Tekstslide

Optimumkromme
Voor elke abiotische factor kun je meten hoe de overlevingskans is van een bepaald organisme. Bijvoorbeeld temperatuur.

Slide 10 - Tekstslide

Teken de optimumkromme voor temperatuur voor een mens

Slide 11 - Open vraag

Relaties binnen een soort
Concurrentie

Ruimte/ eten/ partner


Slide 12 - Tekstslide

Relaties binnen een soort
Concurrentie

Leidt bij sommige soorten tot het indelen van een gebied in territoria.

Geurvlaggen


Slide 13 - Tekstslide

Relaties binnen een soort
Bij soorten die in groepen leven wordt concurrentie gereguleerd door rangorde

Slide 14 - Tekstslide

Relaties binnen een soort
Paarvorming tbv voortplanting

Eenmalig of jaarlijks opnieuw

Slide 15 - Tekstslide

Relaties tussen soorten
Niche: de rol van een soort binnen een ecosysteem.

Op welke manier maakt de soort gebruik van een ecosysteem?

Omdat iedere soort zijn eigen niche heeft hebben soorten vaak geen last van elkaar terwijl ze wel in hetzelfde ecosysteem leven.

Slide 16 - Tekstslide

Relaties tussen soorten
Symbiose:
samenlevingsvorm tussen verschillende soorten (anders dan voedselrelatie).


Slide 17 - Tekstslide

Relaties tussen soorten
Stel ik heb autovervoer nodig en ik heb geen auto. Welke opties heb ik?


Slide 18 - Tekstslide

Symbiose: Mutualisme
ik: 



taxichauffeur:

Slide 19 - Tekstslide

Symbiose: Commensalisme
ik: 



chauffeur:

Slide 20 - Tekstslide

Symbiose: Parasitisme
ik: parasiet



eigenaar: gastheer

Slide 21 - Tekstslide

wat
Aan de slag met Thema 6, Basisstof 3 (online)
maken opdr: HAVO 1 tm 3, 5, 6, 8 / VWO  1 tm 4, 6, 7, 8 
Hoe
lees de tekst van basisstof 3 goed door, maak de opdrachten met je boek er bij!
Hulp
1) boek  2) klasgenoot   3) docent
Tijd
-
Klaar
Als je klaar bent met de opdrachten maak je de 
test jezelf van deze basisstof of maak 
een samenvatting/ woordweb van de basisstof. 




Slide 22 - Tekstslide