W13 GS 1H en 1HM H4 Par. 3

• Geschiedenis
• Middelbare school

Romeinse cultuur 4.3

Hallo leerlingen, dit is de eerste week waarin jullie online moeten werken. Het zal wennen zijn, maar het komt allemaal goed!

Programma

Aan het eind van deze les

- Weet je hoe de mensen leefden in het Romeinse rijk

- Wat de Romeinen geloofden

Grieken

Romeinen

Julius Caesar

Zeus

Romulus

Olympische spelen

Democratie

Landbouwstedelijke samenleving

Monarchie

Brood en Spelen

Gladiatoren

Multiculturele samenleving

In het Romeinse rijk kwamen mensen met verschillende achtergronden met elkaar in contact

multi = meerdere

culturen = mensen uit andere landen

Romeinse goden

Godsdienst

De Romeinse goden leken erg veel op de Griekse goden, maar hadden een andere naam.

Zo is de Griekse oppergod Zeus bij de Romeinen Jupiter

Grieks Romeinse cultuur

De Romeinen stonden open voor andere culturen, maar vooral voor de Griekse cultuur

Griekse kunst, wetenschap en taal

Daarom spreken we van de Grieks-Romeinse cultuur

Romeinse wetten

De Romeinse wetten werden opgeschreven en golden door het hele rijk.

Overal waren de regels dus hetzelfde

Dit soort wedstrijden kon je bekijken in het:

1. Circus Maximus
2. Colosseum
3. Forum Romanum
4. Pantheon

Dit soort wedstrijden kon je bekijken in het:

1. Circus Maximus
2. Colosseum
3. Forum Romanum
4. Pantheon

Wie zie je op deze afbeelding vechten?

1. Slaven
2. Gladiatoren
3. Soldaten
4. Goden

Wat is de beste omschrijving van een agrarisch-stedelijke samenleving?

1. Samenleving waarin sommige mensen op het platteland leven en andere mensen in steden.
2. Samenleving waarin de meeste mensen in steden leven en een klein aantal op het platteland.
3. Samenleving waarin de meeste mensen op het platteland leven en een klein aantal in steden.
4. Samenleving waarin agrariërs (boeren) ook in de stad leven.

In Rome en in andere steden woonden veel arme mensen, zoals de [...1...]. Om deze mensen rustig te houden, werden er in [...2...], zoals het [...3...], regelmatig spelen georganiseerd.

Wat moet er op de nummers staan?

1. 1. proletariërs 2. amfitheaters 3. Colosseum
2. 1. amfitheaters 2. proletariërs 3. Colosseum
3. 1. Colosseum 2. amfitheaters 3. proletariërs
4. 1. proletariërs 2. Colosseum 3. amfitheaters

Afsluiting

Deze les heb je gekeken naar de samenleving van het Romeinse rijk

Schrijf hier iets op wat je al wist voor deze les en nu hebt gehad

schrijf hier twee dingen op die je hebt geleerd