vwo 3 chapitre 3 herhalen voca E et F

Bonjour, 

  Livre d'exercices :   voca E en F   

Vous faites les exercices de lesson-up . 
 
 Bonne chance  , c'est pour bien préparer l'épreuve  (toets ) 

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Bonjour, 

  Livre d'exercices :   voca E en F   

Vous faites les exercices de lesson-up . 
 
 Bonne chance  , c'est pour bien préparer l'épreuve  (toets ) 

Slide 1 - Tekstslide

elle a loué
A
hij heeft gehuurd
B
jij huurde
C
zij heeft gehuurd
D
zij huurden

Slide 2 - Quizvraag

vertaal: het is niet onmogelijk

Slide 3 - Open vraag

de landen en hun gewoontes
A
les coutumes et leur pays
B
les pays et les coutumes
C
les pays et leurs coutumes
D
le pays et leur coutumes

Slide 4 - Quizvraag

la nourriture
A
het drinken
B
het eten

Slide 5 - Quizvraag

vertaal: J'aime faire un voyage à l'étranger

Slide 6 - Open vraag

nous faisons du bénévolat en Suisse.
A
wij werken vrijwillig
B
zij doen vrijwilligerswerk
C
wij deden vrijwilligerswerk
D
wij doen vrijwilligers werk in Zwitserland

Slide 7 - Quizvraag

vertaal: ik doe vrijwilligerswerk in de stad

Slide 8 - Open vraag

de schooluitwisseling
A
la famille d'acceuil
B
l'échange du collège
C
l'échange scolaire
D
l'étudiant

Slide 9 - Quizvraag

vertaal: de begroetingen

Slide 10 - Open vraag

vertaal: de etenstijden zijn om 12.00 uur en om 18.00 uur

Slide 11 - Open vraag

welke voorzetsels ( in , naar ) gebruik je bij landen en welke bij steden/ dorpen in de Franse taal?

Slide 12 - Open vraag

Tu aimes les frites.
Welke zin is geen goede vraagzin volgens de 1e drie manieren?
A
tu aimes les frites?
B
aimes- tu les frites?
C
Qu'est-ce que tu aimes?
D
Est- ce que tu aimes les frites?

Slide 13 - Quizvraag

hoe beanwoord je deze vraag volgens voca E :

L'Hexagone , qu'est ce que c'est?
A
je ne sais pas
B
C'est l'Espagne
C
c'est un autre nom pour la Suisse
D
c'est un autre nom pour la France

Slide 14 - Quizvraag

passer
l'étudiant....

je maakt 2 Franse zinnen , in zin 1 gebruik je passer ( vervoegen) , in zin 2 l'étudiant .

Slide 15 - Open vraag

  Maintenant vous faites : chapitre 5  onderdeel B  Lire  ,  60% score of hoger  . 
 

Hou het leerwerk van de toets bij  Chapitre 3  alles, 
pouvoir, vouloir, avoir, etre, faire, aller  ( présent, passé composé, imparfait en futur simple)

Slide 16 - Tekstslide