Talent 4.3 Lezen

Talent 4.3 Lezen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Talent 4.3 Lezen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
 Aan het einde van deze les kun je: 
  • verschillende vormen van een informatieve tekst benoemen;
  • relatie tussen tekstdelen (inleiding, kern en slot) leggen;
  • de bedoeling van de schrijver verwoorden;
  • onderscheid maken tussen hoofdzaken en bijzaken;
  • korte samenvatting schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Benoem de twee vormen van een informatieve tekst. Geef bij beide vormen een voorbeeld.

Slide 3 - Open vraag

Behalve een tekst kan de schrijver ook grafieken en tabellen gebruiken om informatie over te brengen. Wat is het doel hiervan?

Slide 4 - Open vraag

Wat zijn hoofdzaken?
A
de afsluiting
B
Wat in een tekst belangrijk is
C
de inleiding
D
de alinea's

Slide 5 - Quizvraag

Hoofdzaken staat op voorkeursplaatsen. Wat is GEEN voorkeursplaats voor hoofdzaken?
A
Inleiding
B
Slot
C
Kernzinnen
D
Middenstuk

Slide 6 - Quizvraag

Signaalwoorden
In een informatieve tekst komen verschillende signaalwoorden voor. 
Dit zorgt ervoor dat de tekst makkelijker te lezen is. 
De volgende vragen hebben betrekking op de tekstverbanden en signaalwoorden in een informatieve tekst.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een signaalwoord
Wat zijn signaalwoorden?
A
Woorden die verbanden tussen zinnen leggen
B
Woorden die zelfstandig een betekenis hebben
C
Woorden die iets zeggen over het zelfstandignaamwoord
D
Woorden die extra informatie geven

Slide 8 - Quizvraag

'Doordat' is een signaalwoord voor....
A
Oorzaak-gevolg
B
doel-middel
C
conclusie of samenvatting
D
reden of argument

Slide 9 - Quizvraag

Sjors leert niet goed voor zijn toetsen, hierdoor haalt hij slechte cijfers, dus hij moet beter leren voor zijn toetsen

Hierdoor en dus zijn signaalwoorden.
Bij welk tekstverband(en) horen deze woorden?
A
Oorzaak-gevolg en doel-middel
B
Doel-doelmiddel en conclusie of samenvatting
C
Conclusie of samenvatting
D
Oorzaak-gevolg en conclusie en samenvatting

Slide 10 - Quizvraag

Samenvatten
De volgende vragen hebben betrekking op het samenvatten van een tekst. 

Slide 11 - Tekstslide

Wat is een samenvatting?
A
een ander woord voor bewijzen
B
gewiekst
C
als je iets goed kunt gebruiken, dan is het een ...
D
een verhaal of verslag in het kort

Slide 12 - Quizvraag

Een samenvatting
A
Bestaat uit alle belangrijkste zinnen van de alinea's
B
Zijn alle voorbeelden en uitleg van de alinea's
C
Zijn alle bijzaken onder elkaar
D
Zijn alle deelonderwerpen onder elkaar

Slide 13 - Quizvraag