Lezen H6: Tekst en publiek


Hoofdstuk 6 Lezen: Tekst en publiek
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les


Hoofdstuk 6 Lezen: Tekst en publiek

Slide 1 - Tekstslide

Planning van de les
- Voorkennis ophalen
- Instructie 
- Verwerking opdrachten
- Afronden/terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Aan het eind van deze les kan je vaststellen wat het publiek/de doelgroep van een tekst is.


Waarom is dat handig?

Slide 4 - Tekstslide

Voor wie is deze tekst bedoeld en waar zie je dat aan?

Slide 5 - Woordweb

Voor wie is deze tekst bedoeld en waar zie je dat aan?

Slide 6 - Woordweb

VVoor wie is deze tekst bedoeld en waar zie je dat aan?

Slide 7 - Woordweb

Voor wie is deze tekst bedoeld en waar zie je dat aan?

Slide 8 - Woordweb

Tekst en publiek
Een schrijver houdt rekening met zijn publiek. Op deze manier zie je voor welke doelgroep de tekst bedoeld is:
  • Onderwerp
  • Bron
  • Taalgebruik
  • Lay-out

Slide 9 - Tekstslide

Het onderwerp
Een tekst over de nieuwste schoolagenda's is voor jongeren en een tekst over uitjes met je kleinkinderen is voor ouderen. 

Slide 10 - Tekstslide

De bron
Er zijn bladen en websites vooral gericht op mannen, maar ook gericht op vrouwen.
Noem eens een typisch jongens/mannenblad?
En waar denk je aan bij meisjes/vrouwen?

Slide 11 - Tekstslide

Het taalgebruik
- In teksten die voor een speciaal publiek zijn bestemd, lees je meer jargon. 
- Jongerenkrant - wetenschappelijke tekst
- Typisch jongeren woorden 'epic' 'wreed', jij/je

Slide 12 - Tekstslide

De lay-out
Advertenties, teksten voor jongeren en populaire weekbladen voor een breed publiek zijn vaak rijk geïllustreerd en hebben meestal grote koppen en veel kleuren. 
Tijdschriften voor een kleiner publiek hebben niet zoveel illustraties en zijn vaak zakelijker opgemaakt. 

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk op pagina 162
Opdracht 1,2 en 4

Je hebt hier twee lessen de tijd voor.
timer
25:00

Slide 14 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
Opdracht 1
Tekst 1: E REIZ&, voor échte reisliefhebbers – toelichting: De tekst gaat over reizen; er wordt niets gezegd over reizen met de trein, dus antwoord F valt af.
Tekst 2: C Noordhollands Dagblad, voor lezers van alle leeftijden of D Plus Magazine, voor lezers van middelbare leeftijd – toelichting: De lezer wordt met ‘u’ aangesproken en de tekst gaat over heimwee bij volwassenen. Zo’n tekst past het beste bij een ‘brede’ bron als C of D.
Tekst 3: H www.beachmasters.nl, voor jongeren van 15 tot 27 of A 7Days, voor jongeren van 12 tot 18 – toelichting: De tekst is een advertentie voor een camping in uitgaansgebied, met een speaker als boekingscadeau: zo’n tekst is op jongeren gericht. 


Slide 15 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
Opdracht 1
Tekst 4: A 7Days, voor jongeren van 12 tot 18 – toelichting: De lezer wordt met ‘jij’ aangesproken en de tekst gaat over surflessen. Minder goed: H; die bron heeft wel met strand te maken, maar de tekst gaat toch meer over een camping.
Tekst 5: D Plus Magazine, voor lezers van middelbare leeftijd – toelichting: De tekst gaat over ‘de kleinkinderen’.



Slide 16 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
Opdracht 2 
1 vrijetijdsziekte: ziekte die toeslaat in een periode van rust
2 a steevast (al. 1): altijd
b kwakkelen (al. 1): problemen met je gezondheid hebben
c symptomen (al. 2): ziekteverschijnselen
d welbevinden (al. 1): lichamelijke, sociale en geestelijke gezondheid
e fenomeen (al. 1): verschijnsel
f fascinatie (al. 2): sterke belangstelling
g komt niet uit de lucht vallen (al. 2): heeft een oorzaak of reden
h een slag in de rondte (al. 5): ingespannen; zeer intensief





Slide 17 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
3 De Kortjakje uit het liedje was door de week altijd ziek, maar nooit op zondag. Mensen die lijden aan de vrijetijdsziekte zijn juist op zondag ziek en niet door de week: precies omgekeerd aan Kortjakje dus.
4 Ze raken uit balans doordat de druk om te presteren (plotseling) wegvalt.
5 (1) Een categorie die kampt met vage pijntjes en vermoeidheid.
(2) Een categorie die echt serieus last krijgt van koorts en andere griepsymptomen.
6 Categorie 1 wordt ziek als na een drukke en stressvolle periode informatie over pijn of vermoeidheid niet meer door de hersenen onderdrukt wordt. (23 woorden)

Slide 18 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
Categorie 2 wordt ziek als het lichaam onnodig doorgaat met het aanmaken van adrenaline, waardoor het immuunsysteem uit balans raakt. (20 woorden)
7 (1) Neem eens wat vaker vrij. (2) Zorg voor een geleidelijke omslag van werk naar rust: ga bijvoorbeeld lekker sporten op vrijdagavond of ontspan je dan op een andere manier. (30 woorden)
8 alinea 3 t/m 6 – toelichting: In deze alinea’s staat de belangrijkste informatie; de informatie uit alinea 1 en 2 wordt later herhaald (symptomen vrijetijdsziekte, al. 1) of is niet zo belangrijk (persoonlijke informatie over Vingerhoets, al. 2).

Slide 19 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
9 Ja, de tekst is betrouwbaar, vooral op basis van de bron en de geïnterviewde deskundige. – toelichting:
- De auteur is een journaliste. Het is niet duidelijk of ze deskundig en onpartijdig is.
- De tekst is gepubliceerd in het Noordhollands Dagblad. Dat is een betrouwbaar dagblad.
- De persoon die wordt geïnterviewd, is deskundig, want hij is wetenschapper en heeft persoonlijke ervaring met de vrijetijdsziekte.
- De tekst is gepubliceerd in juli 2016, dus hij is niet actueel meer, maar het onderwerp van de tekst is niet zo aan actualiteit gebonden. Het kan wel zo zijn dat er inmiddels nieuwe inzichten zijn met betrekking tot het verschijnsel vrijetijdsziekte, maar dat is niet erg waarschijnlijk.
- Je mag aannemen dat de auteur geen onwaarheden verkondigt. Of ze belangrijke dingen weglaat, kun je niet weten.
10 Deze tekst is geschreven voor een algemeen publiek. – toelichting: Dat kun je zien aan de bron: een dagblad.

Slide 20 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
Opdracht 4
1 het belang van vakantie
2 eigen antwoord
3 De inleiding bestaat uit alinea 1 en 2. – toelichting: In deze alinea’s wordt het onderwerp van de tekst duidelijk gemaakt. Vanaf alinea 3 volgt meer uitleg/toelichting: daar begint het middenstuk.
4 a reilen en zeilen (al. 1): gang van zaken
b vergt (al. 1): vraagt; eist
c chronische (al. 1): langdurige
d op adem komen (al. 2): uitrusten
e relatief (al. 2): in verhouding tot iets anders
f routine (al. 5): steeds terugkerende bezigheid; sleur
g op de langere termijn (al. 5): in de toekomst
h rompslomp (kadertekst 1): drukte; bezigheden
5 hoge bloeddruk; hoge hartslag; hart- en vaatziekten; ongezond gedrag zoals roken, drinken en ongezond eten; weinig beweging; geen goede slaap.

Slide 21 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
6 (1) middel: tijd om te herstellen van ons veeleisende leven; doel: niet instorten;
(2) middel: vakantie; doel: volledig herstellen van de spanning van je werk.
7 Omdat er dan een ‘lange’ tijd (langer dan weekenden, vrije avonden en andere vrije uren) even helemaal niets van je gevraagd wordt, zodat je kunt herstellen van de spanning van je werk.
8 A Mensen die vaker op vakantie gaan, voelen zich goed.
In alinea 3 gaat het vooral over onderzoeken die als uitkomst antwoord A hebben.
9 Welzijn is een toestand waarin we goed gehumeurd zijn, ons gezond voelen en tevreden zijn.
10 Door het feit dat je op vakantie zelf kunt bepalen wat je doet.
11 ‘Daardoor voel je je beter.’
12 Dan loop je het risico op een burn-out, ernstige vermoeidheidsklachten of erger. (zie alinea 5)
13 Nee, eigenlijk niet, want ‘Op naar Balkonia’ is een oproep om thuis te blijven (op je balkon) en uit het tekstje blijkt dat je een andere omgeving en andere routines beter loskomt van je dagelijkse rompslomp. 

Slide 22 - Tekstslide

Af in de les/huiswerk:
opdracht 1, 2, en 4

Hoofdstuk 6 'Lezen'
14 Omdat je dan de voorpret mist en die heeft positieve invloed op je gezondheid en je geluksgevoel.
15 Voor een volwassen, werkend publiek.
Dat kun je zien aan zinnen als:
- ‘Werken en met het reilen en zeilen in huis bezig zijn vergt nogal wat van ons.’
- ‘Soms moet je in je vrije uren namelijk nog dingen afmaken of je piekert over je werk.’
- ‘Je bent even helemaal los van de stress en werkeisen, en je doet heel andere dingen dan op een gemiddelde werkdag.’
- ‘Als je terugkomt, ligt er een berg werk te wachten en zit je al snel weer in de dagelijkse routine.’
Je kunt het ook zien aan de bron: de tekst komt uit de Quest; dit is een populairwetenschappelijk tijdschrift voor ‘hoogopgeleide en nieuwsgierige’ mensen tussen de 20 en 50 jaar.

Slide 23 - Tekstslide