les 8 periode 1

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afvalstoffen- uitscheiding

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 1 deel 1 
  • Thema:verteringsstelsel, voedingsmiddelen
  • Benodigde lesmaterialen:
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
stofwisseling
verbranding 
ademhalingsstelstel ademhalen 
voedingsmiddelen vertering 
vertering  verteringstelstel 
gezonde voeding 
bloed bloedsomloop 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 1 deel 2
  • Thema:verteringsstelsel, voedingsmiddelen
  • Benodigde lesmaterialen: meester joost, cornell methode
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10
Week 11
Week 11
het hart 
uitscheiding nieren longen en huid
...
...
...

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Checklist:
  • Bepaal welke voorkennis relevant is voor de nieuwe lesstof.
  • Ontwerp een terugblik-opdracht die deze voorkennis activeert.
  • Overweeg of en hoe thuistalen ingezet kunnen worden om voorkennis te activeren.
Terugblik opdracht

Slide 8 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
           Leerdoelen
R: Je benoemt hoe de afvalstoffen het lichaam verlaten.
Je kunt rekenen met grootheden en eenheden: – eenheid aangeven bij gemeten of berekende grootheid.

Slide 9 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Verbranding in organismen
Longen =  zuurstof en koolstofdioxide 
darmen = brandstof
bloed = vervoer brandstof en zuurstof

Slide 10 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Welk orgaanstelsel zorgt voor de voedingsstoffen in jouw lichaam?
A
Ademhalingsstelsel
B
Spierstelsel
C
Verteringsstelsel
D
Uitscheidingsstelsel

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is verbranding?
A
Een reactie tussen brandstof en koolstofdioxide
B
Een reactie tussen brandstof en water
C
Een chemische reactie
D
Energie verbruiken

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wordt ver-voerd naar de cellen
daardoor kun je bewegen

ademhalingsstelsel: inademen

ademhalingsstelsel: uitademen

spierstelsel

verteringsstelsel

uitscheidingsstelsel

bloedvatenstelsel

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk orgaanstelsel zorgt voor zuurstof in jouw lichaam
A
Spierstelsel
B
Uitscheidingsstelsel
C
Verteringsstelsel
D
Ademhalingsstelsel

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar komt energie vandaan?
A
Uit jouw lichaam
B
Uit jouw eten
C
Uit jouw cellen
D
Uit het water

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar in het lichaam vindt verbranding plaats?
A
Alleen in de spiercellen
B
In alle levende cellen van het lichaam
C
Alleen in het verteringsstelsel
D
In de spiercellen en dan wordt de energie vervoerd naar de rest van het lichaam

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitscheiding 
Uitscheiding = verwijdering van stoffen waarvan er teveel in het bloed zitten.

Uitscheidingsorganen: longen, lever, nieren en huid.


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieren en urinewegen
Via de urineleiders wordt de urine afgevoerd naar de urineblaas --> opslagplaats urine. 
Via de urine buis verlaat de urine het lichaam.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieren
  • 2 nieren, in de buikholte, vlak onder het middenrif
  • Nieren halen afvalstoffen uit het bloed --> ze filteren het bloed.
  • Het uitscheiden van afvalstoffen uitscheiden die ontstaan bij verbranding --> water
  • Verwijderen afvalstoffen, overtollig water, 
      zouten en allerlei schadelijke stoffen 
      uit het bloed.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Naamgeving van bloedvaten



Van hart (af) naar nier = nierslagader




Van nier naar hart (toe) = nierader

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De onderdelen van je nieren en urinewegen
Een nier bestaat uit:
het nierschors, niermerg 
en de nierbekken.
Nierschors: bloed gefilterd, 
Via niermerg naar nierbekken
dan naar je urineleiders

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezuiverde bloed gaat terug via nierader.

Afvalstoffen + overtollig water = urine

Dit gaat via een verzamelbuisje in niermerg naar het nierbekken. Dan stroomt het via de urineleider naar de blaas.

Via urinebuis gaat urine je lichaam uit (ong. 1.5 L per dag).

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kleur

  • Licht geel: veel water in de urine.
  • Donker geel: weinig water in de urine.
  • Donkergeel tot donkerbruin: kan duiden op leveraandoening.
  • Roze, roodbruin of vleeskleurig: bloed bij de urine. Dit noem je?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De nieren liggen.....
A
Laag in de buikholte
B
In het midden van de buikholte
C
Hoog in de buikholte
D
In de borstholte

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van waaruit wordt bloed aangevoerd aan de nieren?
A
Vanuit de linker -en rechter nieraders
B
Vanuit de linker-en rechter nierslagaders
C
Vanuit de buikslagaders
D
Vanuit de buikaders

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen de nieren?
A
Afvalstoffen uit het bloed halen
B
Zuurstof aan het bloed toevoegen
C
Voedingstoffen aan het bloed toevoegen

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van buiten naar binnen bestaat de nier uit....
A
Nierschors, niermerg, nierbekken
B
Niermerg, nierbekken, nierschors
C
Nierbekken, niermerg, nierschors
D
Nierschors, nierbekken, niermerg

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar liggen de nieren
A
voorkant buik
B
achterkant buik
C
voorkant borst
D
achterkant borst

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Terugkijken 
op de leerdoelen
R: Je benoemt hoe de afvalstoffen het lichaam verlaten.
Je kunt rekenen met grootheden en eenheden: – eenheid aangeven bij gemeten of berekende grootheid.
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 30 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

           Begrippen
           uit deze les
  • Uitscheiding
  •  nieren
  • longen
  •  huid

Slide 31 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.


Exit ticket

Slide 32 - Open vraag

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Eindslide.

Ruimte voor een afsluitend woord.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies