Wet-en regelgeving les 3

Kanjers van MQB 1.3 !
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeveiligingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kanjers van MQB 1.3 !

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoolregels O&V

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet- en regelgeving les 3
Rechtcolleges & Strafrecht
3.4 blz 19.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw les

Terugblik les 2
Leerdoel
Kennis activatie
DIYS
Theorie Strafrecht
Afsluiting les 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vraag hoort bij dit antwoord ?
regels maken
regels uitvoeren
rechtspreken.
A
Wat is Trias Politica ?
B
Welke belangrijke taken heeft de overheid ?
C
Wat doet men in Publiek recht ?
D
Wat doet men in Privaat recht ?

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekend Trias Politica

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wetgevende macht
Uitvoerende macht
Rechtsprekende macht
De Eerste en Tweede Kamer (samen het parlement) en de regering.
De regering met ambtenaren van de landelijke overheid.
Rechters en raadsheren

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn twee belangrijke kenmerken van een rechtsstaat?
A
Iedereen, burgers en overheid, moet zich houden aan de geldende geschreven regels. Iemand die zich niet houdt aan een regel uit een wet of een verordening, kan door de overheid worden gestraft.
B
Iedereen, burgers en overheid, moet zich houden aan de geldende geschreven regels. Personen die deel uitmaken van een van de drie machten, kunnen niet gestraft worden
C
Iemand die zich niet houdt aan een regel uit een wet of een verordening, kan door de overheid worden gestraft. Iedereen moet zich houden aan de geldende geschreven regels, behalve de wetgevende macht.
D
Personen die deel uitmaken van een van de drie machten, kunnen niet gestraft worden. Iedereen moet zich houden aan de geldende geschreven regels, behalve de wetgevende macht.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dat Nederland een rechtsstaat is, is vastgelegd in
A
Strafrecht
B
Strafvordering
C
een verordening
D
de Grondwet

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is een onafhankelijke en onpartijdige rechter belangrijk

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van een klassieke grondrecht.

Slide 11 - Open vraag

Burgers beschermen tegen de overheid
Noem een voorbeeld van een sociaal grondrecht.

Slide 12 - Open vraag

Verplichtingen vastleggen die de overheid heeft ten opzichte van de burger.
leerdoel
Je kunt de drie rechtscolleges en hun belangrijkste taken benoemen.
Je kunt het verloop van een strafrechtzaak globaal beschrijven.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke rechtscolleges ken je ?

Slide 15 - Woordweb

De rechtsprekende macht kent drie verschillende rechtscolleges:
De rechtbank (11 x)
Het gerechtshof (4 x)
De Hoge Raad der Nederlanden (1 x).
Zoek en schrijf op een A4 
  1. Hoeveel rechtbanken zijn er?
  2. Hoeveel gerechtshoven?
  3. Wat is een meervoudige kamer?
  4. Benoem nog een paar rechters?
  5. Wat behandel je in het gerechtshof?
  6. Wat behandel je bij de Hoge Raad?                                                  
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
Het Openbaar Ministerie (OM) maakt deel uit van de rechterlijke macht. Taak van het OM is het opsporen en vervolgen van strafbare feiten en toezicht houden op de uitvoering van straffen. Bij Privaatrecht speelt het OM geen rol.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
Bij het OM werken officieren van justitie. Zij vertegenwoordigen de NL bevolking. Officier van justitie leidt het politieonderzoek in een strafzaak en beoordeelt de resultaten. 

Als een officier van justitie besluit om een zaak voor de rechter te brengen, stuurt hij de verdachte een dagvaarding.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
Officier van Justitie
Advocaat verdachte
Zitplaats voor de verdachte
Griffier
Rechter

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
De rechter kan het volgende uitspreken:
  • Vrijspraak
  • Een veroordeling en dus een straf
  • Ontslag van rechtsvervolging; er is voldoende bewijs maar de rechter vindt de dader niet strafbaar wegens strafuitsluitingsgrond.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
Straffen;
De rechter wil met een straf iets bereiken, namelijk:
  • beveiligen van de maatschappij
  • verbeteren van de gestrafte
  • voorkomen dat anderen hetzelfde gaan doen
  • slachtoffers het gevoel geven dat het strafbare feit niet door de samenleving wordt geaccepteerd en daarom bestraft

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Strafrecht
Bij straffen wordt onderscheidt gemaakt tussen hoofdstraffen en bijkomende straffen.  De hoogte van de straf wordt door de rechter bepaald. Hij mag niet méér straf geven dan de maximumstraf die wettelijk is vastgelegd. 

De rechter houdt rekening met de achtergrond van de dader en omstandigheden. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting les
Thuis / nu.
Doe de online kennistest.
Maak zelf de opdrachten 4 en 5 op bladzijde 21 en 22.

Volgende les: starten met een toets thema 13 daarna introductie thema 14

Feedback Poll

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema 13 vond ik.....
moeilijk
makkelijk
Wel te doen

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies