In ruil daarvoor: belasting betalen & soldaten leveren.
Zo waren er weinig opstanden en werd het Romeinse leger steeds groter.
Slide 17 - Tekstslide
Romeinse leger
Om het rijk te beschermen werden er langs de grenzen forten gebouwd.
Tussen de forten lagen verharde wegen of rivieren.
Hierdoor kon het leger zich snel verplaatsen als de grens werd aangevallen.
De grenzen werden de limes genoemd.
Slide 18 - Tekstslide
Limes
Ze maakten vaak gebruik van natuurlijke grenzen zoals: zeeën, rivieren, bergen en woestijnen.
Maar als het nodig is bouwen ze een versterkte grens met wachttorens en forten. Zo'n grens heet limes.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn.
Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk
in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Slide 21 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Bij Nijmegen (Noviamagus) en Xanten (Castra Vetera) lagen castra. Een castra is een groot fort, meestal voor een legioen. Dit was een leger van ongeveer 6000 soldaten.
Bij Utrecht (Trajectum) lag een castellum. Een castellum is een klein fort, meestal voor een cohort. Dit was een leger van ongeveer 600 soldaten.
De wachttoren die je bij de vorige slide zag, stond bij Vechten (Fectio)
De Tubanten (Tubanti) waren Germanen die in het oosten van het huidige Nederland woonden. De naam kom je tegenwoordig in dit gebied nog regelmatig tegen: de naam Twente is er van afgeleid, net als de naam van de regionale krant Tubantia.
De Bataven woonden in het gebied rond de grote rivieren. Dit gebied heet tegenwoordig de Betuwe, en vermoedelijk komt de naam van de Bataven
Slide 22 - Tekstslide
Romeinen in Nederland
De Romeinse tijd (58 v. Chr. - ±400 n. Chr) is een belangrijke periode voor ons gebied. Zo nemen de Romeinen ijzer mee, dat handig is als gereedschap, maar ook het schrift.
Hiermee eindigt ook bij ons de prehistorie en begint de historie.
Slide 23 - Tekstslide
Julius Caesar
Julius Caesar was een generaal.
Behaalde veel overwinningen.
Zorgde goed voor zijn soldaten.
Erg populair!
Slide 24 - Tekstslide
Julius Caesar
Caesar greep de macht en werd een dictator.
De republiek dreigde te verdwijnen.
Een groep senatoren besloot daarop Caesar te vermoorden.
Slide 25 - Tekstslide
Julius Caesar
In 44 v.C. werd hij tijdens een vergadering van de senaat door een groep senatoren vermoord.
Slide 26 - Tekstslide
Octavianus neemt wraak
44 v. Chr.
De geadopteerde zoon van Julius Caesar, Octavianus, neemt wraak
Hij schakelt de daders en andere tegenstanders één voor één uit.
Ook zijn vroegere medestander, Marcus Antonius, en diens geliefde: Cleopatra
Slide 27 - Tekstslide
Imperator Caesar Augustus
27 v. Chr. - 14 n. Chr.
Uiteindelijk is er niemand machtiger dan hij. De rust in het rijk is terug.
De senaat bedankt hem hiervoor en geeft de titel Augustus ('de verhevene') te geven.
Augustus wordt de eerste keizer (princeps) van het Romeinse Rijk.
Slide 28 - Tekstslide
Het Romeinse Keizerrijk
(27 v. Chr. - 476 n. Chr.)
Rome zal meer dan 500 jaar een keizerrijk zijn
Ongeveer 80 keizers hebben dan geregeerd.
Slide 29 - Tekstslide
Pax Romana
27 v. Chr.
Met keizer Augustus begint een periode van rust en vrede die ongeveer 200 jaar duurt: de Pax Romana (vrede van Rome)
Het rijk breidt zich nog steeds verder uit, maar voorlopig is er tussen de machtigste politieke groepen een soort vrede...
Slide 30 - Tekstslide
Pax romana
Wegen aangelegd.
Bruggen gebouwd.
Steden gesticht.
Handel nam toe.
Meer welvaart.
Slide 31 - Tekstslide
Augustus
Augustus wilde dat iedereen wist dat hij verantwoordelijk was voor deze successen.
Hij liet standbeelden van zichzelf maken.
Het volk moest hem als god vereren.
Hij deelt gratis voedsel uit.
En organiseerde gladiatorengevechten en wagenrennen.
In 14 n.C. overleed keizer Augustus.
Slide 32 - Tekstslide
Vraag van de paragraaf
Hoe lukte het de Romeinen een groot rijk te veroveren en te besturen?