week 4: 3.8: Het middellandse zeeklimaat; klimaat en landschap
1 / 39
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Het Middellands Zeegebied ligt in
A
de tropen
B
de subtropen
C
de poolgebieden
Slide 2 - Quizvraag
Wat is geen oorzaak van de waterproblemen in het Middellandse Zeegebied?
A
Neerslagvariabiliteit
B
Neerslagintensiteit
C
Grote regenbuien
D
Irrigatielandbouw
Slide 3 - Quizvraag
In het Middellandse zeegebied is het in de zomer
A
warm en vochtig
B
warm en droog
C
koel en vochtig
D
koel en droog
Slide 4 - Quizvraag
In de zomer zie je in het Middellandse Zeegebied
A
een lage drukgebied en westenwinden
B
een hoge drukgebied en westenwinden
C
een lage drukgebied en oostenwinden
D
een hoge drukgebied en oostenwinden
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Welk klimaat komt niet voor in het Middellandse zee gebied?
A
Af
B
BS
C
Cf
D
Cs
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Wat is het gevolg van klimaatverandering voor dit gebied?
A
Het wordt er steeds natter
B
De neerslag wordt steeds regelmatiger
C
Het wordt er steeds droger
D
De neerslag wordt steeds onregelmatiger
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
wat is het grootste verschil is tussen intensieve en extensieve landbouw?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
In welke maand zal de nuttige neerslag in het M-zeegebied waarschijnlijk negatief zijn?
A
januari
B
maart
C
juli
D
oktober
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Wat is geen plaatbeweging?
A
convergentie
B
subductie
C
divergentie
D
orogenese
