In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Week 48
Schrijven KGT
perron 1
Slide 1 - Tekstslide
Aan het eind van deze les
Weet je (weer) wanneer je hoofdletters moet gebruiken
Weet je wat een zakelijke e-mail is en hoe je deze moet schrijven
Weet je wat een begrippennet is
Slide 2 - Tekstslide
wat is een zakelijke e-mail?
Slide 3 - Open vraag
Wanneer gebruik je een hoofdletter?
Slide 4 - Open vraag
Hoofdletters
Je gebruikt hoofdletters:
aan het begin van een zin
bij namen van mensen, bedrijven, dieren en heiligen
bij landen, talen en volkeren
bij officiële feestdagen en belangrijke historische gebeurtenissen
Slide 5 - Tekstslide
Persoonlijke en zakelijke e-mails
Persoonlijke e-mail: naar familie/vrienden/kennissen. De indeling van de e-mail maakt in dit geval niet veel uit.
Zakelijke e-mail: naar mensen die je niet kent of waar je geen persoonlijke relatie mee hebt.
Slide 6 - Tekstslide
Zakelijke e-mail
De volgorde van een zakelijke e-mail is altijd hetzelfde. Tussen elk onderdeel zet je een witregel.
een aanhef;
een inleiding;
de kern;
een slot
een afsluiting;
je naam.
Slide 7 - Tekstslide
een begrippennet
Slide 8 - Tekstslide
Aan wie schrijf je GEEN zakelijke e-mail?
A
jouw beste vriend (in)
B
de directeur van onze school
C
jouw baas
D
de eigenaar van de waterfietsenverhuur
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Video
01:20
Wat is stap 1?
Slide 11 - Open vraag
01:31
Wat is stap 2?
Slide 12 - Open vraag
01:36
Waar moet je op letten bij het formuleren van het onderwerp?
Slide 13 - Open vraag
01:49
Wat is stap 3?
Slide 14 - Open vraag
02:26
Wat is stap 4?
Slide 15 - Open vraag
02:45
Wat is stap 5?
Slide 16 - Open vraag
03:06
Wat is stap 6?
Slide 17 - Open vraag
03:28
Wat is stap 7?
Slide 18 - Open vraag
een zakelijke e-mail
Hier schrijf je het e-mailadres
carbon copy: een kopie van het bericht
Hier schrijf je kort waar de e-mail over gaat.
Slide 19 - Tekstslide
een zakelijke e-mail
* Na 'Geachte' komt nooit een voornaam en je gebruikt ook geen voorletters
* Na de aanhef komt een komma en sla je een regel over.
* De zin na de aanhef begin je met een hoofdletter.
* mevrouw of meneer schrijf je voluit.
Met vriendelijke groet
Je schrijft de M met een hoofdletter, je schrijft het voluit, er komt een komma achter en daarna sla je een regel over.
In de inleiding, kern en slot gebruik je 'u '.
Slide 20 - Tekstslide
Welk onderdeel komt als eerste bij een zakelijke e-mail?
A
slot
B
aanhef
C
kern
D
jouw eigen naam
Slide 21 - Quizvraag
Wat is een begrippennet?
A
een woordslang
B
een cirkel met een woord erin en woorden eromheen die ermee te maken hebben.
C
een web van woorden en begrippen waardoor je de woorden beter onthoudt.
D
een zakelijke e-mail
Slide 22 - Quizvraag
Beste meneer Wessels,
Graag zouden we u wat willen vragen over de schooltijden.
Is het mogelijk om vanaf nu elke dag om 10.00u met de eerste les te beginnen? We willen namelijk liever een beetje uitslapen, omdat ik anders 's avonds te weinig tijd heb om te gamen.