1.2 Elektrische energie vervoeren

1.2 Elektrische energie vervoeren
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1.2 Elektrische energie vervoeren

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Uitleg paragraaf 1.2

Maken huiswerkopgaven

Bespreken opgaven?




Slide 2 - Tekstslide

Na deze les kan je.. (1/2)
Uitleggen waarom op het elektriciteitsnetwerk verschillende spanningen worden gebruikt

De kernmerken van de netspanning die het lichtnet levert noemen en toelichten

Uitleggen hoe een transformator spanningen omhoog of omlaag transformeert

Slide 3 - Tekstslide

Na deze les kan je.. (2/2)
Op basis van het aantal windingen berekenen hoeveel een transformator de spanning verhoogt of verlaagt

De primaire en secundaire stroomsterkte en spanning berekenen, uitgaande van een ideale transformator

Slide 4 - Tekstslide

Het elektriciteitsnet 
Als stroom door een kabel loopt, gaat een deel van de elektrische energie verloren aan warmte

Dit is niet gewenst, maar onvermijdelijk als we elk plekje in Nederland willen voorzien van stroom

Hoe langer de kabel, hoe meer energie we verliezen

Slide 5 - Tekstslide

Het elektriciteitsnet 
Om energieverlies te beperken, kan je de elektrische energie het beste vervoeren met een zo hoog mogelijke spanning


En dat doen we bijvoorbeeld met 
behulp van deze masten!
(De spanning van dit soort masten kan 
oplopen tot 380 kV!)

Slide 6 - Tekstslide

Het elektriciteitsnet 
Die hoogspanning moet verdeelt worden

Elke keer als we de spanning verlagen, noemen we het ook wel transformeren

Slide 7 - Tekstslide

Het elektriciteitsnet 
Uiteindelijk willen we namelijk allemaal 
dezelfde hoeveelheid spanning van 230 volt uit onze stopcontacten krijgen

Dit noemen
we de netspanning

Slide 8 - Tekstslide

De effectieve spanning
We zien hier de spanning van het lichtnet wat telkens op en neer gaat

De spanning van het lichtnet
is een wisselspanning

Slide 9 - Tekstslide

De effectieve spanning
De frequentie van de wisselspanning is 50 Hz

De negatieve waarde wil
zeggen dat de polariteit
van de spanning
omgedraaid is

Slide 10 - Tekstslide

De effectieve spanning
Veel apparaten maakt het niet uit of ze op deze wisselspanning werken
of op een gelijkspanning van 230 volt

We zeggen daarom ook
wel dat de effectieve 
spanning van het lichtnet
230 volt is

Slide 11 - Tekstslide

De effectieve spanning
Er zijn echter apparaten die 230 volt toch een beetje veel vinden

  • Deze apparaten hebben een transformator nodig om de 
spanning te verlagen

Slide 12 - Tekstslide

De effectieve spanning
Hier een voorbeeld van een bekende transformator die bijna iedereen wel herkent 

Slide 13 - Tekstslide

Transformatoren
En zo ziet zo'n transformator er van binnen uit

We zien 2 spoelen (van koperdraad)
Om een ijzeren kern

Slide 14 - Tekstslide

Transformatoren
De primaire spoel is verbonden met het lichtnet

De secundaire spoel is verbonden met je apparaat

Slide 15 - Tekstslide

Transformatoren
Maar hoe wordt de spanning nou verlaagt?

Als er een wisselstroom door de primaire spoel loopt, wordt deze een elektromagneet

De stroom wisselt van grootte en richting
en het magneetveld doet hetzelfde

Slide 16 - Tekstslide

Transformatoren
Door het magneetveld heeft invloed op de ijzeren kern

Waardoor ook in de secundaire spoel een wisselend magneetveld ontstaat


Slide 17 - Tekstslide

Transformatoren
Door inductie ontstaat er een wisselspanning tussen de uiteinden van de secundaire spoel

En die spanning is waarop je apparaat werkt

Slide 18 - Tekstslide

Transformatoren
De stroom die de primaire spoel ingaat, wordt afgegeven aan de secundaire spoel

MAAR en loopt geen stroom van
de primaire spoel naar de secundaire
spoel!

De energie wordt enkel vervoerd 
door magnetisme 

Slide 19 - Tekstslide

Transformatoren
We kunnen spanning zowel omhoog als omlaag transformeren

Dat is afhankelijk van het aantal windingen in de primaire en secundaire spoel

Slide 20 - Tekstslide

Transformatoren
Als de secundaire spoel meer windingen heeft dan de primaire spoel gaat de spanning omhoog (Ns > Np) dan (Us > Up)

Als de secundaire spoel minder windingen
heeft dan de primaire spoel gaat de
spanning omlaag
(Ns < Np) dan (Us < Up)

Slide 21 - Tekstslide

Transformatoren
En natuurlijk hoort daar een berekening bij!

Probeer daar zelf eens mee aan de gang te gaan..

Slide 22 - Tekstslide

Huiswerk 1.2
Maak opgave 1 tot en met 5 en 8 + 9

Klaar? Maak ook de overige opgaven


timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 24 - Tekstslide