Thema 3. Basisstof 4,5,6.

Menstruatiecyclus
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Menstruatiecyclus

Slide 1 - Tekstslide

Wat is 'menstruatie'?

Menstruatie: Het verliezen van het baarmoederslijmvlies/bloed.

Zie ook: https://www.libresse.nl/v-zone/eerste-menstruatie/wat-is-menstruatie/

Slide 2 - Tekstslide

Menstruatiecyclus

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Fasen van de geboorte

Slide 5 - Tekstslide

Wat gebeurt er op dag 14 in de menstruatiecyclus?
A
Ongesteld zijn
B
Ovulatie
C
Innesteling
D
Menstruatie

Slide 6 - Quizvraag

Wat is menstruatie?
A
Als er een eicel vrijkomt
B
Ovulatie
C
Als het baarmoederslijmvlies loslaat.

Slide 7 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de baarmoederwand wanneer een vrouw zwanger is?
A
Wordt dunner.
B
Wordt dikker en blijft zitten
C
Blijft gelijk

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de volgorde van een zwangerschap en bevalling?
Innesteling
Embryo
Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is de placenta en wat is de functie?

Slide 10 - Open vraag

Wat is de functie van de vruchtvliezen en het vruchtwater?
A
Bescherming van de embryo
B
Het voeden van de embryo

Slide 11 - Quizvraag

Op welke dag vind meestal de eisprong plaats tijdens de menstruatiecyclus
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 12 - Quizvraag

Wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5 van de menstruatiecyclus?
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 13 - Quizvraag

Hoelang blijft een eicel in leven?

Slide 14 - Open vraag

Hoeveel dagen duurt een gemiddelde menstruatiecyclus?
A
28
B
21
C
14
D
4

Slide 15 - Quizvraag

Als een baby verkeerd om in de baarmoeder ligt, hoe noemen we dat?

Slide 16 - Open vraag

Bij prenataal onderzoek,
wordt er onderzoek gedaan .......
A
bij de pasgeboren baby
B
na de geboorte bij de baby en de moeder
C
voor de geboorte bij de moeder
D
voor de geboorte bij de baby

Slide 17 - Quizvraag

Welke 2 methoden van onderzoek naar de embryo zijn er?

Slide 18 - Open vraag

Vruchtwater
Het embryo drijft in het vruchtwater. Het vruchtwater beschermt het emrbyo tegen stoten, uitdroging en temperatuurverandering.
Embryo
Het kind heet in de baarmoeder: embryo.
Navelstreng
Verbinding tussen de placenta en het embryo. In de navelstreng zitten bloedvaten.
Placenta
Deel van de baarmoederwand waar bloed van de moeder vlak langs bloed van het embryo stroomt. Daarom kunnen ze stoffen en zuurstof uitwisselen.
Bloedvaten embryo
Deze bloedvaten raken de bloedvaten van de moeder niet.
Bloedvaten moeder
Door de placenta kunnen er zuurstof en voedingsstoffen aan de baby gegeven worden. 

Slide 19 - Tekstslide