6.4 Het zenuwstelsel

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

2 minuten voordat de les begint

• Boeken op tafel / Tas van tafel
  
• Boek open:
         Basis blz. 
         Kader blz. 
• Pen in de hand
• Stilte

Samen werken aan een rustige gezellige sfeer

• Laat iedereen uitpraten
   De docent en degene die de beurt heeft
• Niet schreeuwen, roepen, hard praten
• Heb een beetje geduld: Soms wordt je vraag pas beantwoord
   na een blokje uitleg.
   

Nooit!
Geluid uit telefoons
Oordopjes in   /   
Gooien   /   Eten/drinken 

Mutsen op   /   Tassen op tafel

Regels van orde

1e keer:  Waarschuwing --> Maximaal 3 namen op het bord

2e keer: Overschrijven 2 keer onder de trap bij Wiesman

3e keer: Eruit, naar meneer Wiesman of Brauns + uur nakomen

Nooit! 

Geluid uit telefoons / Oordopjes in 
Gooien
Eten/drinken 

Mutsen op / Jassen aan / Tassen op tafel  

Vandaag

x.y:  Titel

1e uur

• Uitleg Basisstof
• Filmpje
• Opgaven maken

2e uur

• Filmpje
• Afmaken opgaven
• Nakijken
• Quiz

H6 Waarneming en gedrag

De grote hersenen kunnen je waarnemingen beïnvloeden.

Je waarnemingen zijn niet goed verwerkt. 

Het zenuwstelsel

Zenuwen lopen in je rug via je ruggenmerg naar de hersenen. 

• Het zenuwstelsel bestaat uit: zenuwen, ruggenmerg en hersenen.

• De hersenen en het ruggenmerg heten samen het centraal zenuwstelsel.

• Alles wat je lichaam doet wordt geregeld door het zenuwstelsel.

Werking zenuwstelsel

Zintuigen zetten prikkels om in impulsen.

Impulsen gaan via zenuwen naar je hersenen. 

Daar word je je bewust van je waarnemingen.

Via zenuwen sturen je hersenen impulsen naar je lichaam. Je lichaam reageert.

Zelfstandig werken

in stilte

Open je boek op blz:
Kader 104 / Basis 95

Lees en maak opgaven:

Kader 1 t/m 8 (behalve 4)               Basis 1 t/m 9

Muziekje erbij?

Via welk onderdeel van je oog komt het licht in je oog?

1. Iris
2. Pupil
3. Oogwit

Welk zintuig reageert op welke prikkel?
Sleep de prikkels naar het juiste plaatje

Licht

Geluid

Geurstoffen

Smaakstoffen

Warmte/kou/ druk/aanraking

Noem 2 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Stel 1 vraag over iets wat je nog niet helemaal begrepen hebt.