Thema 10 blok 2 Tweede Wereldoorlog

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Dinsdag 7 juni

- Welkom

- Weektaak (21)

- Nieuwe weektaak (23)

- Aantekeningen

- Toets 

Leerdoelen

• De aanloop van de Tweede Wereldoorlog in Europa beschrijven.
  
• Het verloop van de Tweede Wereldoorlog in Europa beschrijven.
  
• Verklaren waarom Japan zijn buurlanden wilde veroveren.
  
• Het verloop van de Tweede Wereldoorlog in Oost-Azië beschrijven.
  
• Verklaren waarom de Verenigde Staten gingen deelnemen aan de Tweede Wereldoorlog.
  
• Beschrijven hoe de Japanse bezetting van Nederlands-Indië was.

Lezen

Lees de 2 teksten op bladzijde 80

www.npostart.nl

Waarom ging het slecht met Duitsland na de Eerste Wereldoorlog?

1. Door het Verdrag van Versailles
2. Doordat ze nog in oorlog waren met Rusland
3. Door de economische crisis
4. Omdat er een staatsgreep was gepleegd

De economische crisis en het Verdag van Versailles waren een ....... van de populariteit van Hitler

1. Oorzaak
2. Gevolg
3. Aanleiding

Sleep de gebeurtenissen naar de juiste plek. 

Je begint bij de gebeurtenis die het langst geleden is.

1

2

3

4

5

De Eerste Wereldoorlog eindigt met het Verdrag van Versailles 

De economische crisis breekt uit

Hitler voert de machtigingswet door en krijgt alleen de macht in Duitsland

Hitler wordt gekozen tot Rijkskanselier

De Rijksdag in Berlijn wordt in de brand gestoken

Hitler werd in 1933 benoemd tot ...... van Duitsland

1. Koning
2. Fuhrer
3. Rijkskanselier
4. Dictator

Bij welk nazi idee past deze bron het best?

1. Een rijk, een leider
2. Nationalisme
3. Militarisme
4. Rassenleer / antisemitisme

Bij welk nazi idee past deze bron het best?

1. Een rijk, een leider
2. Nationalisme
3. Militarisme
4. Rassenleer / antisemitisme

Bij welk nazi idee past deze bron het best?

1. Een rijk, een leider
2. Nationalisme
3. Militarisme
4. Rassenleer / antisemitisme

Bij welk nazi idee past deze bron het best?

1. Een rijk, een leider
2. Nationalisme
3. Militarisme
4. Rassenleer / antisemitisme

Waardoor kon Hitler de machtigingswet doorvoeren?

1. Door het Verdrag van Versailles
2. Door de staatsgreep die hij gepleegd had
3. Doordat hij gekozen werd tot kanselier
4. Door de Rijksdagbrand

Wat hield de machtigingswet in?

1. Dat Hitler nu mocht regeren zonder parlement
2. Dat Hitler nu het hoofd was van de regering
3. Dat Hitler partijleider werd van de NSDAP
4. Dat Hitler hoofd van het leger werd

Waar staat de naam D-Day (tegenwoordig) voor?

1. Decision Day
2. Decisive Day
3. Difficult Day
4. Dark Day

Hoe wordt de overname van Oostenrijk genoemd?

1. Anschluss
2. Conferentie van Munchen
3. Oorlog
4. D-Day

Af op 14 juni

Leerdoelen

• Verklaren waarom Japan zijn buurlanden wilde veroveren.
  
• Het verloop van de Tweede Wereldoorlog in Oost-Azië beschrijven.
  
• Verklaren waarom de Verenigde Staten gingen deelnemen aan de Tweede Wereldoorlog.
  
• Beschrijven hoe de Japanse bezetting van Nederlands-Indië was.
  
• De Duitse inval in Nederland beschrijven.

Japan

• Japan had grondstoffen nodig en veroverde daarom een aantal buurlanden.
  
• 1940: Japan werd bondgenoot van Duitsland.
  
• Europese landen waren in oorlog met Duitsland en konden hun koloniën niet verdedigen.
  
• Japan viel basis van VS aan in Grote Oceaan. VS verklaarden Japan oorlog.
  
• VS gooiden twee atoombommen op Japanse steden: Hiroshima en Nagasaki.

Jappenkampen

1942-1945

Kampen in Indonesië waar de vijanden van Japan werden opgesloten, zoals Nederlanders.

 

Aanval op Nederland

• Nederland was tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal.
  
• 10 mei 1940: Duitsland viel Nederland aan.
  
• Drie dagen lang gevechten bij de Grebbelinie.
  
• 13 mei 1940: Duitsland brak door de Grebbelinie. De Nederlandse regering vlucht naar Londen.
  
• 14 mei 1940: Duitsland bombardeerde Rotterdam. Het Nederlandse leger geeft zich over.
  

Gereconstrueerde loopgraaf

Maandag 20 juni

Welkom

Weektaak (zelfstandig nakijken)

Opdracht 'Jodenvervolging' maken in de klas

Maandag 27 juni Toets thema 10 blok 2

Leerdoelen

• De Duitse inval in Nederland beschrijven.
• Beschrijven welke gevolgen de Duitse bezetting had voor de Nederlandse bevolking en de Joodse Nederlanders in het bijzonder

Dagelijks leven

- Politieke partijen verboden, behalve de NSB.

- Propaganda = reclame voor bepaalde politieke ideeën.

- Alleen kranten en radio die gunstig berichtten over de nazi’s mochten blijven bestaan.

- Avondklok.

- Veel spullen werden schaars.

- Nederlandse mannen moesten vanaf 1943 naar Duitsland om te werken.

- Veel schade aan gebouwen en infrastructuur.

Verzetten....

Kleine groep mensen kwam in verzet tegen de Duitse bezetter. Met gevaar voor eigen leven.

Bijvoorbeeld staken als protest tegen Jodenvervolging, verbergen van onderduikers, maken van verboden kranten, vervalsen van persoonsbewijzen.

Er waren net zo veel mensen in het verzet als mensen die de Duitsers hielpen.

Anti- Joodse maatregelen

Anti-Joodse maatregelen: 

- Joden worden ontslagen, Joden mogen niet met het openbaar vervoer reizen en ze mogen niet in parken en theaters komen. Ze moeten de Jodenster dragen.

Hitler wilde alle Joden vermoorden. Hij bracht ze naar concentratiekampen waar ze vermoord werden of stierven van uitputting.

Holocaust of Shoah: systematische massamoord op de Joodse bevolking. Kost 6 miljoen Joden het leven

Duitsland kreeg bij het Verdrag van Versailles alle schuld van de Tweede Wereldoorlog

1. Waar
2. Niet waar

Wanneer begon de Tweede Wereldoorlog in Nederland

1. 1938
2. 1940
3. 1939
4. 1941

Met de inval in welk land begon de tweede wereldoorlog?

1. Nederland
2. Polen
3. België
4. Rusland

In welk jaartal begon de tweede wereldoorlog?

1. 1939
2. 1940
3. 1945
4. 1914

De Tweede Wereldoorlog duurde van:

1. 1940 - 1945
2. 1939 - 1944
3. 1914 - 1918
4. 1939 - 1945

Met de inval in welk land begon de Tweede Wereldoorlog?

1. Nederland
2. Polen
3. België
4. Rusland

De Tweede Wereldoorlog eindigde in Nederland op:

1. 10 mei 1944
2. 10 mei 1945
3. 5 mei 1945
4. 4 mei 1945

Welke drie zaken wilde Hitler bereiken met de tweede wereldoorlog bereiken?

1. Alle joden en zigeuners dood
2. Uitroeiing van alle burgers
3. Werkgelegenheid creëren
4. Een Duits rijk met een zuiver Duitse bevolking

Wat is de holocaust?

1. Andere naam voor de Tweede wereldoorlog
2. een massamoord
3. De massamoord op de Joden
4. Het discrimineren van Joden

Sleep de gebeurtenissen naar de juiste plek. 

Je begint bij de gebeurtenis die het langst geleden is.

1

2

3

4

5

De Eerste Wereldoorlog eindigt met het Verdrag van Versailles 

De crisis begint. 

De Eerste Wereldoorlog begint 

Hitler komt aan de macht en begint de Tweede Wereldoorlog.

De Tweede Wereldoorlog eindigt met de twee atoombommen in Japan. 

Nederland was tijdens de Tweede Wereldoorlog

1. Niet neutraal
2. Neutraal

Wie begon de Tweede Wereldoorlog?

1. Nederland
2. Engeland
3. Spanje
4. Duitsland

Welk land heeft nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog nooit bezet?

1. Engeland
2. Frankrijk
3. Nederland
4. Polen

Duitsland heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog veel landen aangevallen, waaronder Frankrijk, Polen en de Sovjetunie.

➤Welke titel hoort bij de kaart van Europa?

1. bondgenoten van Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog
2. Duitsland, bondgenoten en door Duitsland bezette gebieden
3. landen die deelnemen aan de Tweede Wereldoorlog
4. lidstaten van de geallieerden tijdens de Tweede Wereldoorlog

Wie was de leider van Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog?

1. Napoleon Bonaparte
2. Heinrich Himmler
3. Adolf Hitler
4. Anton Mussert

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de Nederlanders opgesloten in kampen. Hoe heten deze kampen?

1. Concentratiekampen
2. Jappenkampen
3. Jappenhuizen
4. werkkampen

De bezetting van Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog begon met

1. De vlucht van de regering naar Engeland
2. Het bombardement op Rotterdam
3. De Duitse inval op 10 mei 1940
4. De deporatie van Nederlandse Joden

Dit blok gaat over de Duitse bezetting en de Jodenvervolging.
Het verhaal van Anne Frank past hier goed bij, want:

1. haar vader gaf in 1947 haar dagboek uit onder de titel Het Achterhuis.
2. ze kwam in 1933 met haar ouders en haar zus naar Nederland.
3. ze stierf in maart 1945 aan een ziekte in een concentratiekamp.
4. ze was met haar familie uit Duitsland gevlucht omdat ze joden waren.

Dit is een voorbeeld van

1. Nationalisme
2. Holocaust
3. Propaganda
4. Antisemitisme