H12.2 les 6+7 condensatiepolymeren

H12 Materialen
les 6 + 7
Condensatiepolymeren
Deze les nodig:
- schrift
- pen
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H12 Materialen
les 6 + 7
Condensatiepolymeren
Deze les nodig:
- schrift
- pen

Slide 1 - Tekstslide

les 6
uitleg vorming condensatiepolymeren:
- polyester
-polyamide
opgave 10, 11, 16 (en nakijken!)

Slide 2 - Tekstslide

les 7
samenvatting additiepolymeren en condensatiepolymeren
vragen stellen opgaven 10, 11, 16
maken opgave 14, 17, 18 (en nakijken!)

Slide 3 - Tekstslide

Vul de tabel in
Additiepolymerisatie
herhaling les 5+6
Kenmerk monomeer
Soort reactie
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
Splitst er een molecuul af?
Kenmerk polymeer
Tekentips
Crosslinks 

Slide 4 - Tekstslide

herhaling les 3+4
Additiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
Splitst er een molecuul af?
nee
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)

Slide 5 - Tekstslide

herhaling les 3+4
Additiepolymerisatie
Tekentips
* teken bij monomeer C=C horizontaal en de atoom(groepen) aan de twee C-atomen naar boven en beneden. 
* gebruik bij het mechanisme pijlen met een halve punt.
* stukje uit polymeerketen: gebruik 'golfjes' aan weerszijden 

Crosslinks (H12.3)
kan als monomeer twee maal C=C heeft

Slide 6 - Tekstslide

leerdoelen les 6 + 7
  • je kunt bij gegeven monomeren een stukje uit het midden van een polyester of polyamide tekenen
  • je kunt uit de structuurformule van het condensatiepolymeer afleiden uit welke monomeren het is gemaakt
  • je kunt uitleggen wat copolymeren zijn

Slide 7 - Tekstslide

condensatiereactie
  • Wat is een condensatiereactie?
  • Tussen welke karakteristieke groepen kan een condensatiereactie optreden?
  • vorming ester:

  • vorming amide:
opfrissen voorkennis

Slide 8 - Tekstslide

alcohol + zuur -> estergroep

Slide 9 - Tekstslide

condensatiepolymeren
elk monomeer heeft TWEE karakteristieke groepen om de keten te kunnen verlengen:


monomeren poly-ester:                                        monomeren poly-amide:
-> HO- ....-COOH                                 

Slide 10 - Tekstslide

polyester uit één soort monomeren
  • monomeer heeft        -OH én -COOH
  • naam monomeer: hydroxy .... zuur 
  • voorbeeld: polyester van 3-hydroxyhexaanzuur

Slide 11 - Tekstslide

condensatiepolymeren
elk monomeer heeft TWEE karakteristieke groepen om de keten te kunnen verlengen:


monomeren poly-ester:                                                    monomeren poly-amide:
-> HO- ....-COOH                                 
-> HO-...-OH & HOOC-...-COOH
( = copolymeer)

Slide 12 - Tekstslide

polyester uit twee soorten monomeren
  • 1 monomeer heeft 2x -OH en 1 monomeer heeft 2x -COOH
  • namen:                       - diol      en                                       - dizuur 
  • voorbeeld: 
copolymeer >>

Slide 13 - Tekstslide

condensatiepolymeren
elk monomeer heeft TWEE karakteristieke groepen om de keten te kunnen verlengen:


monomeren poly-ester:                                         monomeren poly-amide:
-> HO- ....-COOH                                                         ->  H2N - ... - COOH
-> HO-...-OH & HOOC-...-COOH    

Slide 14 - Tekstslide

amine + zuur -> amidegroep

Slide 15 - Tekstslide

polyamide uit één soort monomeren
  • monomeer heeft        -NH2 én -COOH
  • naam monomeer: amino.... zuur 
  • voorbeeld: polyamide van 3-aminopropaanzuur

Slide 16 - Tekstslide

condensatiepolymeren
elk monomeer heeft TWEE karakteristieke groepen om de keten te kunnen verlengen:


monomeren poly-ester:                                monomeren poly-amide:
-> HO- ....-COOH                                                ->  H2N - ... - COOH
-> HO-...-OH & HOOC-...-COOH                   ->H2N-...-NH2 & HOOC-...-COOH
(= copolymeer)                                                   (= copolymeer)

Slide 17 - Tekstslide

polyamide uit twee soorten monomeren
  • 1 monomeer heeft 2x -NH2 en 1 monomeer heeft 2x -COOH
  • namen:                       - diamine      en                                    - dizuur 
  • voorbeeld: 
copolymeer 

Slide 18 - Tekstslide

Hoe teken je een condensatie-polymeer?
  1. noteer structuurformules monomeren
  2. zorg dat de karakteristieke groepen
     (-OH & -COOH of -NH2 & -COOH)  aan de linker-en rechterkant van het molecuul staan (let op: HO- en niet OH-!)
  3. laat per binding één molecuul H2O vertrekken
  4.  haal ook van de zijgroepen aan het uiteinde H / OH weg (op zelfde manier als in het midden) en sluit af met ~
Teken de repeterende eenheid het polymeer van ethaan-1,1-diamine en propaandizuur.

Slide 19 - Tekstslide

Eigen werk les 6
uitleg vorming condensatiepolymeren:
- polyester
-polyamide
opgave 10, 11, 16 (en nakijken!)

Slide 20 - Tekstslide

les 7
Voorbeeld polyamide: nylon
samenvatting additiepolymeren en condensatiepolymeren
vragen stellen opgaven 10, 11, 16
maken opgave 14, 17, 18 (en nakijken!)

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeeld Polyamide
  • Een bekende polyamide is nylon.
  • Bestaat uit twee verschillende monomeren, waarbij 1 monomeer 2 zuurgroepen heeft en het andere monomeer 2 aminegroepen.



                                    

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

condensatiereacties
Vaak wordt er bij een condensatiereactie een molecuul water afgesplitst, maar er kunnen ook andere kleine moleculen afgesplitst worden:

Slide 24 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
OH/COOH
NH/COOH
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
condensatiereactie
(afsplitsen klein molecuul, meestal water)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
hangt af van [monomeren] en aanwezigheid katalysator
Splitst er een molecuul af?
nee
ja
(bijna altijd water)
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)
* naast C- ook N- of O-atomen in polymeerketen
* estergroep of amidegroep

Slide 25 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
OH/COOH
NH/COOH
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
condensatiereactie
(afsplitsen klein molecuul, meestal water)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
hangt af van [monomeren] en aanwezigheid katalysator
Splitst er een molecuul af?
nee
ja
(bijna altijd water)
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)
* naast C- ook N- of O-atomen in polymeerketen
* estergroep of amidegroep

Slide 26 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
OH/COOH
NH/COOH
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
condensatiereactie
(afsplitsen klein molecuul, meestal water)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
hangt af van [monomeren] en aanwezigheid katalysator
Splitst er een molecuul af?
nee
ja
(bijna altijd water)
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)
* naast C- ook N- of O-atomen in polymeerketen
* estergroep of amidegroep

Slide 27 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
OH/COOH
NH/COOH
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
condensatiereactie
(afsplitsen klein molecuul, meestal water)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
hangt af van [monomeren] en aanwezigheid katalysator
Splitst er een molecuul af?
nee
ja
(bijna altijd water)
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)
* naast C- ook N- of O-atomen in polymeerketen
* estergroep of amidegroep

Slide 28 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Kenmerk monomeer
C=C
OH/COOH
NH/COOH
Soort reactie
additiereactie 
(radicaalreactie, C=C springt open)
condensatiereactie
(afsplitsen klein molecuul, meestal water)
Reactiesnelheid en polymerisatiegraad
hangt af van hoeveelheid initiator
hangt af van [monomeren] en aanwezigheid katalysator
Splitst er een molecuul af?
nee
ja
(bijna altijd water)
Kenmerk polymeer
* alleen C-atomen in de polymeerketen
* het aantal C-atomen dat per monomeer in de polymeerketen terecht komt is 2 (of 4 bij 1,4-additie)
* naast C- ook N- of O-atomen in polymeerketen
* estergroep of amidegroep

Slide 29 - Tekstslide

samenvatting
Additiepolymerisatie
Condensatiepolymerisatie
Tekentips
* teken bij monomeer C=C horizontaal en de atoom(groepen) aan de twee C-atomen naar boven en beneden. 
* gebruik bij het mechanisme pijlen met een halve punt.
* stukje uit polymeerketen: gebruik 'golfjes' aan weerszijden 

* teken monomeer met karakteristieke groepen links en rechts, rest molecuul naar boven en beneden
* splits water af en teken nieuwe atoombinding tussen C-O of C-N
* verwijder aan de uiteinden H / OH op dezelfde manier als in de keten
* sluit af met ~
Crosslinks (H12.3)
kan als monomeer twee maal C=C heeft

Slide 30 - Tekstslide

les 7
Voorbeeld polyamide: nylon
samenvatting additiepolymeren en condensatiepolymeren
vragen stellen opgaven 10, 11, 16
maken opgave 14, 17, 18 (en nakijken!)

op de volgende dia's vind je in de gedeelde les filmpjes als je de uitleg nog een keer wilt horen

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video