Scandinavië (22 januari)

Topografie
Scandinavie
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Topografie
Scandinavie

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Welk land hoort niet bij Scandinavie?
A
IJsland
B
Finland
C
Zweden
D
Polen

Slide 3 - Quizvraag

Noorwegen, Zweden, Finland, Denemarken en IJsland horen bij Scandinavië.

Slide 4 - Tekstslide

Noorwegen

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

In welk deel van Europa ligt Noorwegen?
A
Zuid Europa
B
Noord Europa
C
West Europa
D
Noord Europa

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van Noorwegen
A
Helsinki
B
Reykjavik
C
Kopenhagen
D
Oslo

Slide 8 - Quizvraag

Fjorden zijn bergachtige kusten, met diepe inhammen en steile hellingen. De fjorden zijn ontstaan door de gletsjers, die in de ijstijd het land uitgeslepen of uitgeschuurd hebben

Slide 9 - Tekstslide

Is een fjord een rivier?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

Een fjord bevat zout water en is dus een zee.

Slide 11 - Tekstslide

Zweden

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van Zweden?
A
Reykjavik
B
Oslo
C
Helsinki
D
Stockholm

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Welk dier kun je 's morgens tegenkomen?
A
Eland
B
Hert
C
Rendier
D
Haas

Slide 15 - Quizvraag

Op welk meer organiseert hij schaatswedstrijden?
A
Saimaameer
B
Gardameer
C
Runnmeer
D
Bolmenmeer

Slide 16 - Quizvraag

Wat zie je vooral in het landschap van Zweden?
A
mooie (rode) huisjes
B
naaldbomen
C
Ikea
D
Pipi Langkous

Slide 17 - Quizvraag

Finland

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van Finland?
A
Reykjavik
B
Oslo
C
Helsinki
D
Stockholm

Slide 19 - Quizvraag

Waar leven de Finnen van?
A
akkerbouw
B
Ikea
C
bosbouw (hout)
D
mobiele telefoons

Slide 20 - Quizvraag

In heel Finland wordt aan bosbouw gedaan. Er worden hout en houtproducten uitgevoerd.

Akkerbouw is er vooral in het zuiden in de buurt van de kust. Granen, aardappels en suikerbieten groeien er op de akkers. Veeboeren in het zuiden en westen houden vooral rundvee en varkens.

Slide 21 - Tekstslide

IJsland

Slide 22 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van IJsland
A
Reykjavik
B
Oslo
C
Helsinki
D
Kopenhagen

Slide 23 - Quizvraag

Aan welke zee ligt Ijsland
A
Noordzee
B
Atlantische oceaan
C
Waddenzee
D
Zwarte zee

Slide 24 - Quizvraag

Kunnen ze leven van de landbouw?
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quizvraag

Er is weinig landbouw; net genoeg om de eigen bevolking te voorzien van voedsel. 

Slide 26 - Tekstslide

Is de visvangst belangrijk voor de IJslanders?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quizvraag

De visvangst is voor veel IJslanders belangrijk. Veel vis wordt gedroogd, vooral kabeljauw. Of ze worden in fabrieken verwerkt. Vis en visproducten worden in grote aantallen uitgevoerd.

Slide 28 - Tekstslide

Denemarken

Slide 29 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van Denemarken?
A
Helsinki
B
Oslo
C
Stockholm
D
Kopenhagen

Slide 30 - Quizvraag

Is Denemarken qua landschap te vergelijken met Nederland?
A
ja
B
nee

Slide 31 - Quizvraag

Het land van Denemarken is erg vlak en lijkt op wat we in Nederland hebben. Naar het westen toe wordt het land meer heuvelachtig.  

Slide 32 - Tekstslide

Noem een bekend product uit Denemarken?

Slide 33 - Open vraag

Eskimo betekent rauw vlees eten.
Is dit waar?
A
ja
B
nee

Slide 34 - Quizvraag

Inuit
Vroeger werden deze mensen eskimo's genoemd. Dit betekent rauw vlees. Veel Inuit vinden dit een beledigende naam. 

Slide 35 - Tekstslide