Welvaart H3

Welvaart H3 deel 2
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welvaart H3 deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
- Terugblik met oefenopdracht (15 min); 
- Uitleg/herhaling H3 (30 min); 
- Opdrachten (15 min).

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
- Je kunt het verschil tussen de klassieken en Keynes uitleggen. 
- Je kunt uitleggen hoe Keynes vond hoe de overheid anticyclisch beleid moest voeren. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik 
In tweetallen maken van de oefenopdrachten > 
Vraag 3.1: Terugblik 
Vraag 3.2: Terugblik + zelf doornemen van anticyclisch

15 minuten de tijd. 
Klaar? Alvast verder met H3


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(S-I) + (B-O) = (E-M)
(S-I) = Particulier spaarsaldo
(O-B) = Saldo overheid
(S - I) + (O-B) = Nationaal saldo

(E-M) = Saldo lopende rekening

Saldo lopende rekening = Nationaal spaarsaldo

Slide 7 - Tekstslide

Bij financiële instellingen een evenwicht wanneer vraag op vermogensmarkt gelijk staat met het aanbod. De spaaridentiteit. 

Nationaal spaarsaldo = saldo lopende rekening

Macro-economische balansvergelijking. 
Klassieken vs. Keynes
Klassieken (aanbod)
Micro-economie - Loon=kosten
Keynes (vraag)
Macro-economie - Loon=koopkracht
Bedrijven produceren met Y* > Er is nooit werkloosheid. Alle producten worden verkocht. 
Gaat uit van de vraag:  effectieve vraag verandert: onderbesteding en overbesteding. Productie is constant. 
Kleine rol overheid. 
De onzichtbare hand van de markt zorgt vanzelf voor nieuw evenwicht. 
Grote rol overheid door aanpassen:
- Bestedingen overheid
- Bestedingen particulieren: belasting, subsidies, sociale premies. 

De centrale bank moet ingrijpen door de rente aan te passen.
Lage lonen zorgen voor meer export en groei economie. Werkloosheid? Lonen omlaag.
Hogere lonen voor groei economie.
Lage lonen zorgen voor verergering van de economie in de laag conjunctuur.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I: Klassieke economen noemen het verhogen van de lonen de belangrijkste oorzaak van het vergroten van de werkloosheid.
II: Keynesianen noemen het verhogen van de lonen een belangrijke oorzaak van het verlagen van de werkloosheid.

A
beiden juist
B
beiden onjuist
C
I: juist, II: onjuist
D
II: onjuist, II: juist

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

spaarparadox (Keynes)
Economie           Sparen          consumeren         Economie          

Dit was precies wat er gebeurde tijdens de grote depressie van de jaren dertig. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee beweringen over de overheid.
I. Overheid moet bij onderbesteding volgens Klassieke economen ingrijpen.
II. Overheid moet bij onderbesteding volgens Keynesiaanse economen de bestedingen verlagen.
Welke bewering(en) is/zijn goed?


A
Beide zijn goed
B
I is goed en II is fout
C
I is fout en II is goed
D
Beide zijn fout

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen anticyclisch beleid tijdens hoogconjunctuur?
A
Inkomstenbelasting verhogen
B
Export subsidiëren
C
Bezuinigen
D
BTW verhogen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Wat? Zie studieplanner 

Hoelang? Tot 10:40. Samen afsluiten

Hoe? Mag met elkaar op praatniveau overleggen. 

Klaar? Lezen H4


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Leerdoelen: 
- Je kunt het verschil tussen de klassieken en Keynes uitleggen. 
- Je kunt uitleggen hoe Keynes vond hoe de overheid anticyclisch beleid moest voeren. 

Volgende les: 
H4: arbeidsmarkt

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies