Les 15 - reclame

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Reclame en ik
pg. 184

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het woord "reclame"?

Slide 3 - Woordweb

Geef een definitie van reclame en gebruik hierbij de termen "product" en "klant".

Slide 4 - Woordweb

Definitie reclame
Reclame is een vorm van communicatie die bedrijven en organisaties gebruiken om producten, diensten of ideeën te promoten en te verkopen aan een doelgroep. Het doel van reclame is om de aandacht van potentiële klanten te trekken, hen te informeren en te overtuigen om een bepaalde actie te ondernemen, zoals het kopen van een product of het gebruikmaken van een dienst.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het hoofddoel van reclame?
A
aandacht van klanten trekken
B
informatie geven over een product
C
overtuigen om een bepaalde actie te ondernemen

Slide 6 - Quizvraag

Welke sociale apps gebruik jij het vaakst? Geef één antwoord per keer en gebruik steeds een hoofdletter.

Slide 7 - Woordweb

Open jouw favoriete app en noteer hoelang het duurt voor je reclame ziet.
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Vul de tabel in: oef 1 p. 184
Bespreek je antwoorden met je tafel.
timer
4:00

Slide 9 - Tekstslide

Reclame overal
pg. 185

Slide 10 - Tekstslide

Welke reclamevormen ken je al?

Slide 11 - Woordweb

Reclamevormen
  1. Televisiereclame: spots
  2. Printreclame: advertenties in kranten, tijdschriften en brochures 
  3. Online advertenties: banners, pop-ups, en video-advertenties op websites en sociale media.
  4. Buitenreclame: billboards, posters en digitale schermen op openbare plaatsen.
  5. Sponsoring: bedrijven die evenementen, teams of programma's sponsoren in ruil voor naamsbekendheid.

Slide 12 - Tekstslide

Nieuwe(re) reclamevormen
Verbind de afbeeldingen met de termen
timer
1:00

Slide 13 - Tekstslide

Maak oefening 2 p. 185-186
timer
4:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Elke keer als je toestemming geeft voor ‘cookies’, wordt de reclame aangepast aan jouw voorkeuren en surfgedrag.
A
Advergame
B
Behavioral targeting
C
Native advertising
D
Product placement

Slide 16 - Quizvraag

Een filmpje dat automatisch afspeelt voor je het filmpje van je keuze kan bekijken. Soms kan het na enkele seconden worden weggeklikt.
A
Mobile advertising
B
Influencer marketing
C
Advergame
D
Preroll ad

Slide 17 - Quizvraag

Een artikel dat dezelfde stijl en vorm heeft als een krantenartikel maar wel reclame maakt voor een product. Dit is enkel te herkennen door de vermelding ‘sponsored’ of ‘advertorial’.
A
Behavioral targeting
B
Influencer marketing
C
Native advertising
D
Zoekmachine marketing

Slide 18 - Quizvraag

Geef een synoniem (vertaling) voor product placement.

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Video

Waarvoor werd er sluikreclame gemaakt?

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Tekstslide

Vlaamse Regulator voor de Media

Slide 23 - Tekstslide

Oefening 3
a. Kies je favoriete merk (mode, technologie, auto's, bromfietsen, muziek...)
b. zoek op hoe dat merk reclame maakt en gebruik de juiste termen.
c. Bedenk nu zelf twee andere manieren om reclame te maken voor dat merk.
pg. 186
timer
2:00

Slide 24 - Tekstslide

Social influencers 
p. 187

Slide 25 - Tekstslide

Welke influencers volg jij?

Slide 26 - Woordweb

Slide 27 - Link

Welke doelgroep onderzocht Artevelde Hogeschool?

Slide 28 - Open vraag

Wat zijn influencers? Geef een definitie.

Slide 29 - Open vraag

85% van de jongeren volgt minstens 1 influencer op sociale media.
A
Juist
B
Fout

Slide 30 - Quizvraag

Drie vierde van de jongeren geeft aan dat ze de voorbije maanden iets gekocht hebben door toedoen van een influencer.
A
Juist
B
Fout

Slide 31 - Quizvraag

Corona heeft een invloed gehad op influencer marketing.

A
Juist
B
Fout

Slide 32 - Quizvraag

TikTok is nummer één op vlak van sociale media-bereik.

A
Juist
B
Fout

Slide 33 - Quizvraag

Wedstrijd zoekend lezen
Open de website (volgende slide).
De leerkracht stelt je een vraag.
Spring recht als je het antwoord gevonden hebt!

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Link

Welke informatie is nieuw voor jou?

Slide 36 - Woordweb

Hoe word je een succesvolle influencer?

Slide 37 - Woordweb

Wat betekenen de tussentitels volgens jou? Voorspel wat in de tekst staat.


Creëer aan persona
Verdiende invloed
Vind je niche
Volg de regels
Werk aan je content strategie


Slide 38 - Tekstslide

1
2
3
4
5
Werk aan je content strategy
Vind je niche!
Creëer een Persona

Wees actief

Volg de regels

Slide 39 - Sleepvraag

Oefenen
Oef. 6 p. 190
Woordenschat: reclame oef 13-15 pg. 201-202
timer
5:00

Slide 40 - Tekstslide