In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Organismen determineren
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt een zoekkaart gebruiken.
Je hebt de namen van verschillende groepen organismen geleerd. Organismen kun je indelen in deze groepen. Daarvoor gebruik je een zoekkaart of een tabel
Slide 2 - Tekstslide
Determineer deze vogel
Slide 3 - Tekstslide
Determineer de vogel. Schrijf de letters van de stappen op en de naam van de vogel
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Determineer de plant. Schrijf de letters van de stappen op en de naam van de plant
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Sleepvraag
Vul in:
Met ... 1 ... kun je ... 2 ... doden. Dat doe je omdat deze ziekten veroorzaken
A
1: schimmels
2: sporen
B
1: bacteriën
2: schimmels
C
1: sporen
2: schimmels
D
1: antibiotica
2: bacteriën
Slide 9 - Quizvraag
Schimmels zijn opgebouwd uit
A
sporen
B
wortels
C
plaatjes
D
draden
Slide 10 - Quizvraag
Voor het bereiden van deze producten worden schimmels gebruik: 1: Brood 2: Wijn
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar
2 nietwaar
D
1 nietwaar
2 waar
Slide 11 - Quizvraag
Van wie is welke cel?
Dier
Schimmel
Bacterie
Plant
Slide 12 - Sleepvraag
Voortplanting van Bacteriën: Bacteriën planten zich voort door te delen
A
Waar
B
Nietwaar
Slide 13 - Quizvraag
Bacteriën hebben
A
wel een celwand
geen celkern
wel bladgroenkorrels
B
wel een celwand
wel een celkern
geen bladgroenkorrels
C
geen celwand
geen celkern
wel bladgroenkorrels
D
wel een celwand
geen celkern
geen bladgroenkorrels
Slide 14 - Quizvraag
Bacteriën kunnen oorontsteking veroorzaken.
A
juist
B
onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Als jongen van gewervelde dieren niet uit eieren komen maar uit de moeder, noem je deze dieren
A
zogen
B
levendbarend
C
bevalling met eieren zonder schaal
D
die planten zich niet voort
Slide 16 - Quizvraag
Wie legt eieren zonder schaal om zich voort te planten?
A
vissen en reptielen
B
reptielen en amfibieën
C
amfibieën en vissen
D
vissen, amfibieën en reptielen
Slide 17 - Quizvraag
Pinguïns
A
Huid: veren
Ademhaling: longen
B
Voortplanting: ei kalkschaal
Ademhaling: door de huid
C
Voortplanting : ei kalkschaal
Ademhaling: kieuwen
D
Huid: schubben
Ademhaling: longen
Slide 18 - Quizvraag
Welk dier legt eieren en heeft veren?
A
dolfijn
B
pad
C
vos
D
buizerd
Slide 19 - Quizvraag
Welke groepen dieren ademen met longen?
Vissen
Amfibieën
Reptielen
Vogels
Zoogdieren
Slide 20 - Sleepvraag
Vis
Vogel
Zoogdier
Reptiel
Amfibie
Sleep de juiste huid naar het juiste dier.
Slide 21 - Sleepvraag
Schimmels
Planten
Sporenplanten
Dieren
Vissen
Amfibiën
Reptielen
Zoogdieren
Vogels
Slide 22 - Sleepvraag
Welke soort voortplanting hoort bij welke stam?
Amfibieën
Reptielen
Vogels
Vissen
Zoogdieren
Slide 23 - Sleepvraag
Welke groep is niet koudbloedig, maar warmbloedig?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Zoogdieren
Slide 24 - Quizvraag
Welke groep gewervelden heeft geen schaal om hun eieren?
A
Zoogdieren
B
Vogels
C
Amfibieën
D
Reptielen
Slide 25 - Quizvraag
Dit gewervelde dier haalt adem via longen. De huid is bedekt met schubben. Het dier plant zich voort door eieren. Bij welke groep gewervelden hoort dit dier?