3C Duurzaam leven BS3

Duurzaam leven
Basisstof 3: duurzame landbouw
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Duurzaam leven
Basisstof 3: duurzame landbouw

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Herhaling basisstof 2
Uitleg basisstof 3
Opdrachten maken


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

VORIGE LES:
Welke vorm van landbouw levert de grootste stikstofuitstoot?
A
akkerbouw
B
tuinbouw op de koude grond
C
veeteelt
D
tuinbouw in kassen

Slide 4 - Quizvraag

VORIGE LES:
Welke vorm van landbouw vraagt de grootste input van voedingsstoffen?
A
akkerbouw
B
tuinbouw op de koude grond
C
veeteelt
D
tuinbouw in kassen

Slide 5 - Quizvraag

In de landbouw spreekt men van een "stikstofgift" om het gras te laten groeien. Wat wordt bedoeld?
A
bemesting
B
veredeling
C
bodembewerking
D
gewasbescherming

Slide 6 - Quizvraag

Om het aantal hoogproductieve landbouwhuisdieren (die veel nakomelingen kunnen maken) te vergroten, kan men gebruikmaken van...
A
kunstmatige inseminatie
B
genetische modificatie
C
in-vitro fertilisatie
D
een monocultuur

Slide 7 - Quizvraag

  • pesticiden
  • selectief / niet-selectief
  • resistentie
  • (bio)accumulatie
Begrippen die je moet kunnen toelichten:

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Begrippen die je moet kunnen toelichten:
  • vruchtwisseling
  • biologische bestrijding
  • biologische landbouw
  • kringlooplandbouw
  • precisielandbouw
  • verticale landbouw

Slide 10 - Tekstslide

Europees
NL
Deze twee keurmerken garanderen dat producten voor 100% aan alle eisen voor biologische landbouw voldoen:

Slide 11 - Tekstslide

Welke organismen hebben de meeste last van bestrijdingsmiddelen
A
producenten
B
consumenten van de 3e orde
C
organismen aan de top van de voedselpiramide
D
de mens

Slide 12 - Quizvraag

Gebruik van selectieve pesticiden zorgt ervoor dat alleen het plaagdier dood gaat
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Als een ziekteverwekker resistent is...
A
is het moeilijker hem te bestrijden
B
is het makkelijker hem te bestrijden
C
gaan er minder planten dood
D
hoef je hem niet te bestrijden

Slide 14 - Quizvraag

Biologische bestrijding betekent...
A
werken met selectieve bestrijdingsmiddelen
B
werken met natuurlijke vijanden
C
werken zonder kunstmest
D
zorgen dat alle ziekteverwekkers dood gaan

Slide 15 - Quizvraag

Aan de slag!
Maak: Opdracht 1, 2, 3, 5, 6 en 7 vanaf bladzijde 156
Hoe? Eerste 10 minuten in stilte, hierna fluisterend in 2-tal.
Klaar? Nakijken opdrachten en verbeteren via magister -> studiewijzer
Ook klaar? Test jezelf basisstof 1 t/m 3 maken.

Slide 16 - Tekstslide