Test: Verkleinwoorden

Typ het verkleinwoord van:
boom
1 / 11
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsLager onderwijs

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Typ het verkleinwoord van:
boom

Slide 1 - Open vraag

Typ het verkleinwoord van:
glas

Slide 2 - Open vraag

Typ het verkleinwoord van:
baby

Slide 3 - Open vraag

Typ het verkleinwoord van:
paraplu

Slide 4 - Open vraag

Typ het verkleinwoord van:
mug

Slide 5 - Open vraag

Wat is juist?
A
villaatje
B
villatje

Slide 6 - Quizvraag

Wat is juist?
A
kipetje
B
kippetje

Slide 7 - Quizvraag

Wat is juist?
A
koninkje
B
koningtje
C
koningkje

Slide 8 - Quizvraag

Wat is juist?
A
wandelinkje
B
wandelingetje

Slide 9 - Quizvraag

Wat is juist?
A
aspirinetje
B
aspirientje

Slide 10 - Quizvraag

Vul je test/toets formulier in via Google Classroom


Maakte je 0, 1 of 2 fouten => GROEN
Maakte je 3 of 4 fouten => ORANJE
Maakte je 5 fouten of meer => ROOD

Slide 11 - Tekstslide