criminaliteit de finale Check

Criminaliteit: Oefenen voor het proefwerk
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Criminaliteit: Oefenen voor het proefwerk

Slide 1 - Tekstslide

7.1: Wat is criminaliteit?
Wanneer ben je strafbaar? - als je de wet overtreedt

Misdrijf = ernstige strafbare feiten
Overtreding = strafbare feiten die niet zo erg zijn (vaak waar je een boete voor krijgt)

Slide 2 - Tekstslide

7.2: Oorzaken van criminaliteit

Oorzaken criminaliteit:
Slechte opvoeding
Groepsgedrag
Alcohol/drugs
Spijbelen/schooluitval
Biologische factoren


Maatschappelijke oorzaken:
  • Slechte leefomstandigheden
  • Minder strenge normen
  • Weinig controle

Slide 3 - Tekstslide

7.3: Opgepakt... en dan?

Verdachte = als de politie denkt dat je iets strafbaars hebt gedaan.
Wat mag de politie?
  • Fouilleren
  • Arresteren
  • Huiszoeking
Proces-verbaal = politieverslag met alle informatie over het misdrijf. 
Tussen de 12-18 ga je naar halt. 

Officier van justitie = beslist wat er met de verdachte gebeurd. 
3 opties
  1. Niks doen, te weinig bewijs
  2. Boete/taakstraf geven
  3. Naar de rechter sturen

Slide 4 - Tekstslide

7.4: Schuldig of onschuldig
  1. Verdachte
  2. Officier van Justitie
  3. Rechter 
Deze moeten bij de zaak aanwezig zijn, een advocaat is niet verplicht.

3 Soorten straf van de rechter
  1. Geldboete
  2. Gevangenis 
  3. Taakstraf
Ook kan iemand TBS krijgen, dit krijgt iemand die psychische klachten heeft. 

8 stappen rechtzaak
  1. Persoonsgegevens controleren
  2. Aanklacht voorlezen door ovj
  3. Vragen stellen aan verdachte
  4. Getuige oproepen
  5. Ovj legt uit waarom verdachte straf moet krijgen
  6. Advocaat verdedigd nog een keer
  7. Verdachte mag nog wat zeggen
  8. Rechter geeft zijn oordeel = VONNIS

Slide 5 - Tekstslide

7.5: Hoe pakken we criminelen aan?
Doel van straffen
  1. Afschrikken
  2. Veiliger
  3. Wraak (genoegdoening)
  4. Gedrag verbeteren

Repressie = hard straffen
De rechtse partijen zijn hiervoor zoals: VVD en de PVV
Lange cel straffen, extra agenten, justitie moet meer geld krijgen

Preventie = voorkomen
De linkse partijen zijn hiervoor zoals: GroenLinks
Meer toezicht, jonge criminelen hulp bieden

Slide 6 - Tekstslide

Wat is crimineel gedrag

Slide 7 - Woordweb

Oorzaken criminaliteit

Slide 8 - Woordweb

De officier van justitie bepaald of je de gevangenis in gaat
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 9 - Quizvraag

In sommige gevallen laat de politie beelden en het gezicht zien van verdachten
of daders.
Dit gebeurt bijvoorbeeld in het programma Opsporing verzocht.

A
Om mensen voor deze personen te waarschuwen
B
Als onderdeel van de straf die ze krijgen.
C
Om tips te krijgen over deze verdachten of daders.
D
Omdat veel mensen kijken naar dit soort programma's.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een goede definitie voor het woord "asociaal'?
A
Voordringen bij de kassa
B
Geen rekeningen houden met anderen.
C
Antwoorden voorzeggen tijdens een toets.
D
De allerhoogste status die je kan krijgen.

Slide 11 - Quizvraag

Waar of niet waar ?
Overtredingen zijn net zo erg als misdrijven.
Waar
Niet waar

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is een goede omschrijving van het woord criminaliteit?
A
Alle overtredingen en misdrijven samen.
B
Het is het enkelvoud van het woord crimineel.
C
Alle misdrijven die in de wet staan.
D
Alles wat wij als samenleving niet goed vinden.

Slide 13 - Quizvraag

Wie spreekt het vonnis uit tijdens een rechtzaak?
A
Rechter
B
Advocaat
C
Officier van Justitie
D
Getuigen

Slide 14 - Quizvraag

Rijden onder invloed is een....
KLik
Klik hier
A
Overtreding
B
Strafbaar feit
C
Delict
D
Talent

Slide 15 - Quizvraag

Je bent verdacht als:
A
De rechter je een straf heeft gegeven.
B
De politie denkt dat jij iets hebt gedaan en dat onderzoekt.
C
Kranten schrijven dat jij iets hebt gedaan.
D
Je moet getuigen in de rechtzaal.

Slide 16 - Quizvraag

De politie mag altijd je huis doorzoeken.
Waar
Niet waar

Slide 17 - Sleepvraag

De politie mag je altijd fouilleren.
Niet waar
Waar

Slide 18 - Sleepvraag

Wie bepaalt of iemand voor de rechter moet verschijnen?
A
Officier van Justitie
B
Advocaat
C
Politie
D
Rechter

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een "strafblad"?
A
Een document waarin alle straffen beschreven staan
B
Een document waarin alle misdrijven staan
C
Een document met de uitleg over welke straf je kan krijgen.
D
Een document waarin staat waarvoor iemand is veroordeelt door de rechter en welke straf hij heeft gekregen

Slide 20 - Quizvraag

Vanaf welke leeftijd kun je een strafblad krijgen?
A
11 Jaar
B
12 jaar
C
14 jaar
D
13 jaar

Slide 21 - Quizvraag

Hoe noem je de uitspraak van een rechter?

Slide 22 - Open vraag

Welke van de onderstaande antwoorden is een overtreding?
A
Zwart rijden
B
Diefstal
C
Mishandeling
D
inbraak

Slide 23 - Quizvraag

Soms veroordeelt een rechter iemand die een geestelijke afwijking heeft. De
veroordeelde krijgt dan een speciale medische behandeling in een
gevangenis/kliniek.
A
TBC
B
TBV
C
TBS
D
TBH

Slide 24 - Quizvraag

De langste straf die je in Nederland kunt krijgen is levenslang.
NIet waar
Waar

Slide 25 - Sleepvraag

Wanneer weigert een gemeente om een VOG af te geven aan een persoon?
A
Als hij pas twee jaar in Nederland woont
B
Als hij geen schooldiploma's heeft.
C
Als hij teveel bekeuringen niet betaald heeft
D
Als hij een strafblad heeft.

Slide 26 - Quizvraag

Bureau Halt is vooral  voor mensen die op jonge leeftijd en voor het eerst
met de politie en justitie in aanraking komen. Je krijgt dan een taakstaf.
Waar
Niet waar

Slide 27 - Sleepvraag

Geldboetes krijg je meestal als....
A
de politie het te druk heeft om je mee te nemen naar het politiebureau
B
het de eerste keer is dat je wordt opgepakt.
C
het om overtreding gaat
D
je minderjarig bent.

Slide 28 - Quizvraag

Als je een strafbaar feit pleegt noemen we dat een....
A
overtreding
B
Delict
C
Dilemma
D
Vonnis

Slide 29 - Quizvraag

Is fraude een vorm van criminaliteit?
Ja
Nee

Slide 30 - Sleepvraag

Een rechtsstaat is een land waar:

A
de rechten van verdachten en gevangenen in wetten geregeld zijn.
B
de rechters de rechten van gevangenen en verdachten bepalen
C
de politie zich niet aan de wet hoeft te houden.
D
de rechters de belangrijkste beslissingen nemen.

Slide 31 - Quizvraag

Wat weet jij over de aanklacht?
De ... leest de aanklacht voor.

Slide 32 - Open vraag

Wat weet jij over de aanklacht?
De aanklacht is gericht tegen de ...

Slide 33 - Open vraag

Noem twee theorien met betrekking tot de vraag hoe mensen crimineel worden

Slide 34 - Open vraag

Repressie om criminaliteit te bestrijden hoort bij
A
Linkse partijen
B
Midden partijen
C
Rechtse partijen

Slide 35 - Quizvraag

Preventie om criminaliteit te bestrijden hoort vooral bij
A
Linkse partijen
B
Midden partijen
C
Rechtse partijen

Slide 36 - Quizvraag