2.9 - 2.12 woensdag
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel maanden heeft een jaar?
A
een
B
drie
C
vier
D
twaalf
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf de maanden op van het jaar
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk woord is weg?
........... van vandaag is 13 januari.
........... van vandaag is 13 januari.
A
De maand
B
De datum
C
De dag
D
Het jaar
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel dagen heeft augustus?
Slide 9 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de laatste schooldag van de week?
A
maandag
B
woensdag
C
vrijdag
D
zondag
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Vul in.
De cursisten zijn ............ school. Ze hebben Nederlands.
De cursisten zijn ............ school. Ze hebben Nederlands.
A
in
B
op
C
van
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat zie je?
A
Dank je wel
B
Als je blieft
C
Alsjeblieft
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
antwoorden 2.12
oef 84
Luister naar het woord. Schrijf je
ch of sch? Schrijf het woord op.
ch of sch? Schrijf het woord op.
Slide 15 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Bedenk woorden met de sch
Slide 16 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Maak een foto van jouw opdracht en stuur deze in.
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
8 woorden en 2 zinnen.
De opdracht, de tekst, jullie leren, de computer, veertien, het weekend, moeilijk, het rondje, de streep,
Wanneer gaat hij naar buiten?
Wat betekent dat?
Opdr 2 Zet een rondje om het woord moeilijk, zet een streep onder het laatste woord van het dictee. Zet een kruisje voor het woord dat je moeilijk vindt. Trek met potlood een lijn van het eerste woord naar het laatste woord.
Maak een foto van de opdracht en stuur in. Samen doen? Gmail
2.8 2.9
Slide 21 - Tekstslide
Wie vindt de memotrainer niet?
Wie weet niet wat hij moet doen?
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 24 - Link
Monir
David
Pedro
Zeely
Sum Yu
Nada
Daarna spreken over ajb. en dankjewel.
Laat de lln het voorbeeld noteren in hun schrift.
Bv. Heb je een pen voor mij, X?
Ja hoor, alsjeblieft.
Nee sorry, ik heb geen pen.
Slide 25 - Tekstslide
Bij tijd over.
Slide 26 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
