HC Ver 2.3.2

   Welkom!
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

   Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling 
Gebruik bron
Tijdens de republiek die in 1792 werd uitgeroepen werd volgens de spotprent in Frankrijk de vrijheid gerealiseerd.
- Geef aan hoe de tekenaar de rollen van Lodewijk XVI en Napoléon in de geschiedenis van de Franse vrijheid ziet en geef in beide gevallen een verklaring voor dat standpunt. (4p)



Britse spotprent uit 1803 met als onderschrift: ‘Vrijheid op zijn Frans’. Van links naar rechts zijn afgebeeld: Lodewijk XVI, Marianne (het symbool van de Franse republiek) en Napoléon.
De bijschriften luiden: ‘Een grote man plaatst de kaars’, ‘Vrijheid ontsteekt de vlam!’, ‘Een kleine man blaast hem uit!’ Op het vel papier onder de kaars van Lodewijk staat ‘Amerikaanse onafhankelijkheid’.

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Herhaling 2.3.1
  • Uitleg HC 2.3 leerdoelen 3 en 6
  • HC 2.3 opdracht ideologieën
  • Nabespreking
  • Schoolexamen
  • Weektaak/ gelegenheid om vragen te stellen
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

2.3 De erfenis van de Verlichting

31. De industriële revolutie die in de westerse landen de basis legde voor een industriële samenleving.
32. Discussie over de ‘sociale kwestie’.
34. De opkomst van emancipatiebewegingen.
35. Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces.
36. De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.



Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 2.3
3. Ik kan de voornaamste uitgangspunten van het liberalisme, socialisme, 
nationalisme en feminisme benoemen.
6. Ik kan uitleggen dat het ontstaan van conservatieve en confessionele politieke 
partijen een reactie vormde op het ontstaan van de stromingen die voortkwamen
uit de Verlichting, en de voornaamste uitgangspunten van deze partijen 
benoemen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
- Wat? Vul het schema in. Maak een taakverdeling.
- Hoe? Met buurman/ -vrouw
- Hulp? Geen.
- Klaar? Weektaak

timer
12:00

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen 2.3
3. Ik kan de voornaamste uitgangspunten van het liberalisme, socialisme, 
nationalisme en feminisme benoemen.
6. Ik kan uitleggen dat het ontstaan van conservatieve en confessionele politieke 
partijen een reactie vormde op het ontstaan van de stromingen die voortkwamen
uit de Verlichting, en de voornaamste uitgangspunten van deze partijen 
benoemen.

Slide 12 - Tekstslide

Schoolexamen
Kennen en kunnen:
  • Leerdoelen H1-H8, HC Lage Landen en HC Verlichting 
  • Kenmerkende aspecten TV1-8 kunnen uitleggen en 
       kunnen koppelen aan bronnen.
  • Begrippen en jaartallen H1-H8, HC Lage Landen en HC
       Verlichting (afsluiting).

Materiaal
  • Boek, schrift (aantekeningen) en presentaties.

Slide 13 - Tekstslide

Schoolexamen
Vragen beantwoorden 1/2
  • Lees de vraag goed door en onderstreep de instructiewoorden. (Uit onderzoek blijkt dat je beter scoort als je instructiewoorden onderstreept!) Instructiewoorden zijn: beschrijf, noem, verklaar, leg uit, geef het verband aan tussen, toon aan, enzovoort. Schrijf altijd een toelichting op je antwoord bij open vragen en leg je antwoord duidelijk uit!
  • Markeer puntwoorden. Puntwoorden zijn: personen, begrippen (trias politica), gebeurtenissen (Val van de Berlijnse Muur) en verschijnselen (industrialisatie).
  • Neem de structuur van een vraag over in het antwoord. Maak duidelijk onderscheid tussen verschillende deelvragen. Zo voorkom je onvolledige antwoorden.

Slide 14 - Tekstslide

Schoolexamen
Vragen beantwoorden 2/2
  • Geef niet meer antwoorden dan er gevraagd worden. Alleen de eerste antwoorden tellen.
  • Begin je antwoord door de vraag (gedeeltelijk) te herhalen en maak gebruik van de puntwoorden in je antwoord door ze uit te leggen/ te beschrijven.
  • Wees duidelijk en concreet. Dus niet hij maar Willem van Oranje en niet dingen werden uitgevonden, maar het kompas werd uitgevonden. Vermijd 'ze'!
  • Tip! Beantwoord een bronvraag als volgt:
       In de bron lees ik dat (citeren uit bron)/ zie ik (beeldelement noemen) en dat betekent dat ...
       Verwijs dus duidelijk naar de bron en vergeet niet het verband tussen je antwoord en de      
       bron toe te lichten!

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Programma
  • Herhaling 2.3.1
  • Uitleg HC 2.3 leerdoelen 3 en 6
  • HC 2.3 opdracht ideologieën
  • Nabespreking
  • Schoolexamen
  • Weektaak/ gelegenheid om vragen te stellen
  • Afsluiting

Slide 17 - Tekstslide