3T - Mock Test Grammar Ch 5

Mock Test Grammar Ch5/6
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Mock Test Grammar Ch5/6

Slide 1 - Tekstslide

Grammar
Sorteer de zinnen zodat ze bij de goede 'tense' staan.

Present simple vs present continuous

Slide 2 - Tekstslide

Present simple
Present continuous 

He is writing a book.

He writes books.

I am studying English

I usually go to bed by 9 o'clock

She does yoga every Monday.

I am calling my best friend.

He plays Fortnite all the time

Slide 3 - Sleepvraag

Grammar
The future:

Wat zijn de regels ook alweer?

Slide 4 - Tekstslide

Je gebruikt 'will + hele werkwoord' bij:
A
Voorspelling met bewijs
B
Voorspelling zonder bewijs
C
Tijdens volgens een schema
D
Plannen in de toekomst

Slide 5 - Quizvraag

Je gebruikt de 'present simple' bij:
(bijvoorbeeld: leave - leaves)
A
Tijden volgens een schema
B
Voorspelling met bewijs
C
Afspraken, tijd is al bepaald
D
Belofte

Slide 6 - Quizvraag

Je gebruikt 'am/is/are + going to + hele werkwoord' bij:
A
Voorspelling met bewijs
B
als je iets van plan bent
C
Belofte
D
Afspraken, tijd/plaats is al bepaald

Slide 7 - Quizvraag

Je gebruikt de 'present continuous' bij":
(am/is/are + werkwoord+ing)
A
Voorspelling zonder bewijs
B
Tijden volgens een schema
C
Afspraak, tijd/plaats is al bepaald
D
Belofte

Slide 8 - Quizvraag

Grammar
The future:
Kies het juiste stuk om de zin af te maken. 
Lees de zin goed. 
Vaak staan er hints in zodat je weet welke je moet kiezen.

Slide 9 - Tekstslide

You see someone with their hands full. You say: "I .... the door for you."
A
am going to open
B
will open
C
open
D
am opening

Slide 10 - Quizvraag

Your friend wants to know how long he has to wait for the train. You say:
"It .... at 4 o'clock."
A
is going to leave
B
will leave
C
leaves
D
is leaving

Slide 11 - Quizvraag

Je hebt met je broertje afgesproken dat jullie vanavond een film gaan kijken. "We .... a movie tonight."
A
will watch
B
are going to watch
C
are watching
D
watch

Slide 12 - Quizvraag

Je bent van plan om deze zomer te gaan werken:
I ...... this summer.
A
will work
B
am going to work
C
am working
D
work

Slide 13 - Quizvraag

Grammar

Vul in:
like of as

Slide 14 - Tekstslide

like and as
je kunt like en as gebruiken om vergelijkingen te maken.

* like gebruik we bij zelfstandig naamwoorden

* as bij bijzinnen en  in combinatie met voorzetsels

Slide 15 - Tekstslide

She looks exactly ....her brother.
A
like
B
as

Slide 16 - Quizvraag

She speaks ...they do in Britain.
A
like
B
as

Slide 17 - Quizvraag

James isn't as healthy ....he used to be.
A
like
B
as

Slide 18 - Quizvraag

Grammar
Articles:

Kies voor elke zin of er wel of niet het woordje 'the' in de zin moet staan.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

My teacher says ... both countries were part of the British Empire
A
x
B
the

Slide 21 - Quizvraag

All ... people should learn to laugh at themselves
A
x
B
the

Slide 22 - Quizvraag

My grandfather once saw ... Queen Elizabeth when he was in England
A
x
B
the

Slide 23 - Quizvraag

My uncle visited ... Bahamas last year.
A
x
B
the

Slide 24 - Quizvraag

Tony's brother works as a security guard at ... airport
A
x
B
the

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

I lived in Stein
I have lived in Stein
Present Perfect
Past Simple

Slide 29 - Sleepvraag

Verschil present perfect en past simple
  • Bij de past simple is de actie in het verleden nu afgelopen.
  • Bij de present perfect is de actie nog bezig of is er nog een link met het verleden.

Slide 30 - Tekstslide

Verschil present perfect en past simple


Signaal woorden:

Present perfect: for, since, ever, never, just, yet
Past simple: last year, yesterday, in 2010, an hour ago.

Slide 31 - Tekstslide

I have known him all my life.
A
past simple
B
present simple
C
present perfect
D
past perfect

Slide 32 - Quizvraag


My cat died last week.
A
past perfect
B
past simple
C
present simple
D
present perfect

Slide 33 - Quizvraag

Somebody painted a picture on the wall.
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 34 - Quizvraag

I built a helicopter
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 35 - Quizvraag

I like myself.
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 36 - Quizvraag

Lucy lives in London.
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 37 - Quizvraag

Rebecca has gone to bed
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 38 - Quizvraag

bij welke tijd hoort het signaalwoord:
since
A
present simple
B
past simple
C
present continuous
D
present perfect

Slide 39 - Quizvraag

Jack is watching television
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 40 - Quizvraag

I've lost my passport
A
Present simple
B
Present continuous
C
Past simple
D
Present perfect

Slide 41 - Quizvraag

Present perfect:
I ...... (read)
A
I read
B
I have read

Slide 42 - Quizvraag

We sang that song yesterday.
A
Past Simple
B
Present Perfect

Slide 43 - Quizvraag

Present perfect:
She .... (be)
A
She was
B
She has been

Slide 44 - Quizvraag

Maak present perfect:
I ..... eaten an apple.
A
have
B
has

Slide 45 - Quizvraag

We worked 5 hours yesterday.
A
past simple
B
present perfect

Slide 46 - Quizvraag

Maak present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 47 - Quizvraag

have / has + voltooid deelwoord is:
A
past perfect
B
present continuous
C
present perfect
D
past continuous

Slide 48 - Quizvraag

This quiz has ended.
A
past simple
B
present perfect
C
past perfect
D
past continuous

Slide 49 - Quizvraag