2.3: Tornado's

2.3: Tornado's
2.3: Tornado's
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.3: Tornado's
2.3: Tornado's

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling:
Welke periode is het orkaanseizoen?
A
Maart
B
Juni
C
September
D
December

Slide 2 - Quizvraag

Een tornado is kleiner/groter dan een orkaan
A
Kleiner
B
Groter

Slide 3 - Quizvraag

Een tornado duurt korter/langer dan een orkaan
A
Korter
B
Langer

Slide 4 - Quizvraag

De windsnelheid bij een tornado is lager/hoger dan bij een orkaan
A
Lager
B
Hoger

Slide 5 - Quizvraag

2.3: Tornado's
2.3: Tornado's
Een tornado:

- Is te zien (redelijk klein in doorsnede)
- Duurt meestal enkele minuten
- Heeft bizar hoge windsnelheden

Slide 6 - Tekstslide

2.3: Tornado's
Hoe tornado's ontstaan:
Enorm warm oppervlak

Maar hoger in de atmosfeer koude lucht

Bij botsing luchtstromen wrijving: mesocycloon

Die kantelt en "daalt"


Slide 7 - Tekstslide

2.3: Tornado's
Waar tornado's ontstaan:
Tornado Alley:

Een gebied waar het snel opwarmt
Maar koude lucht uit het westen (over de Rocky Mountains) naartoe komt
En koude lucht boven warme lucht komt (en dus onstabiel is)

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer komt een tornado voornamelijk voor?
(gelet op warm oppervlak en koude atmosfeer)
A
Winter
B
Lente
C
Zomer
D
Herfst

Slide 9 - Quizvraag

2.3: Tornado's
Tornado:
Schade:
- Kan enorm zijn (vanwege harde wind - tot 500 km per uur!)
- Maar wel heel lokaal 

Slide 10 - Tekstslide

2.3: Tornado's
Huiswerk:
Paragraaf 1.2: opdracht 4 t/m 7

Slide 11 - Tekstslide