H2 Herhaling blok 1

Schrijf de stappen van het ontleden op in de juiste volgorde.
1 / 20
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Schrijf de stappen van het ontleden op in de juiste volgorde.

Slide 1 - Open vraag

Welk teken gebruiken we om de bijvoeglijke bepaling aan te geven?

Slide 2 - Open vraag

Welk teken gebruiken we om het naamwoordelijk gezegde aan te geven?

Slide 3 - Open vraag

Wat is een voorbeeld van een wederkerend voornaamwoord?
A
schamen
B
elkaar
C
uitsloven

Slide 4 - Quizvraag

Benoem de bijvoeglijke bepaling:
Twee werknemers van een waardetransportbedrijf zijn vanmorgen ontslagen.
A
werknemers
B
van een waardetransportbedrijf
C
twee werknemers
D
Staat geen bijvoeglijke bepaling in.

Slide 5 - Quizvraag

In deze zin staan drie lidwoorden, twee voorzetsels en een bezittelijk voornaamwoord:
Pieter loopt naar de school waar hij zijn tas vergeten is in het oude klaslokaal van zijn favoriete docent.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Persoonsvorm 
Lijdend voorwerp
Zinsdelen
Bijvoeglijke bepaling
/.../
v--------v
_________
(__)

Slide 7 - Sleepvraag

Schrijf de juiste vorm op (t.t):
De klantenservice ... (beantwoorden) je vraag vrij snel.

Slide 8 - Open vraag

Na de valpartij ... (troosten, v.t.) de moeder haar zoontje met een ijsje.
A
troost
B
troostte
C
trooste
D
troostten

Slide 9 - Quizvraag

Zijn ouders zijn drie jaar langer getrouwd dan die van jou/jouw?
A
jou
B
jouw

Slide 10 - Quizvraag

stimuleren

Slide 11 - Woordweb

in het verschiet liggen

Slide 12 - Woordweb

wijten (aan)

Slide 13 - Woordweb

onderscheiden

Slide 14 - Woordweb

garanderen

Slide 15 - Woordweb

handhaven

Slide 16 - Woordweb

informeren
amuseren
Uitleg geven
Mening vormen
Overtuigen
ingezonden brief
nieuwsartikel
Recensie
Gedicht
Kookboek

Slide 17 - Sleepvraag

Voor welke soorten publiek kan een tekst geschreven worden?

Slide 18 - Open vraag

Op welke manieren kan een schrijver zijn tekst inleiden?

Slide 19 - Open vraag

Op welke manier kan een schrijver zijn tekst afsluiten?

Slide 20 - Open vraag