Woordenschat H3

Woordenschat H3
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woordenschat H3

Slide 1 - Tekstslide

Een voorbeeld zoeken

Slide 2 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een feest

Slide 3 - Woordweb

Wat betekent "Als je ___ doet, ben je nog niet jarig!"
A
je verjaardag slaan we over
B
je krijgt grote problemen
C
je krijgt geen cadeaus
D
we lossen je problemen op

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent "Dat feest gaat niet door"
A
je feestje gaat gewoon niet door
B
je hebt grote problemen
C
je feestje gaat wel door maar op een andere manier
D
iets gaat niet door

Slide 5 - Quizvraag

Maak de zin af:
Haastige spoed ....

Slide 6 - Open vraag

Als je bijvoorbeeld iets post op het internet zonder naam, blijf je _____

Slide 7 - Open vraag

een vandaal is een crimineel
niet waar

Slide 8 - Poll

Wat is "de bron" van iets?

Slide 9 - Open vraag

uitgeven is hetzelfde als overdrijven
waar
niet waar

Slide 10 - Poll

Maak een goede zin met het woord "totaal"

Slide 11 - Open vraag

Wat betekent het als je de hond in de pot vindt?

Slide 12 - Open vraag

commercieel – negeren – origineel – uiteraard – uitgeven
Ik wil het verdrietige gevoel graag ____, maar het lukt niet.

Slide 13 - Open vraag

commercieel – negeren – origineel – uiteraard – uitgeven
Het dorpsfeest is ___ gratis toegankelijk voor alle dorpsbewoners.

Slide 14 - Open vraag

Steeds meer mensen kijken naar realityseries zoals Utopia, The Island en Geen cent te makken. De kijkers vinden de belevenissen van de hoofdpersonen erg boeiend.

Slide 15 - Open vraag

Zo'n twee miljard mensen eten insecten. Ook in Nederland kun je in verschillende supermarkten en groothandels insecten kopen. De lekkerste vind ik sprinkhanen, meelwormen, reuzenwaterwantsen en kakkerlakken.

Slide 16 - Open vraag