2.2 De plaats op aarde en de temp. deel 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k, t, havo
• Leerjaar 1

2.2 De plaats op aarde en de temperatuur

Wat gaan wij vandaag doen?

• In de kring met de device!
  - Quiz
• Aantekeningen
• Zelfstandig aan de slag 

Het . . . is veranderlijk en plaatselijk

1. Klimaat
2. Weer

Wat is het verschil tussen het weer en het klimaat?

1. Het is hetzelfde
2. Het weer is het klimaat over een lange periode
3. Het klimaat is het weer over een lange periode
4. Het klimaat is het weer over een lange periode + groot gebied

Gaat deze uitspraak over het weer of over het klimaat:
Het regent vandaag.

1. Het weer
2. Het klimaat

Op naar de tafelgroepen!

• Pak je device of aantekeningenschrift erbij.
• Ga zo zitten dat je het bord goed kan zien. 

Dag en nacht

De aarde draait om haar eigen as heen (24 uur).

• Denkbeeldige lijn tussen de Noordpool en Zuidpool.
• Zonkant: dag; schaduwkant: nacht.
• De aardas staat een beetje scheef.

De Poolcirkel = breedtecirkel op 66,5° noorderbreedte of zuiderbreedte.

Warme en koude plaatsen op de aarde

De zon verwarmt de aarde.

• Warm bij de evenaar, koud bij de polen.
  > verschillende invalshoeken.
  
  

Het is kouder op de polen omdat: de zonnestralen een langere weg naar de aarde afleggen.

00:27

De aarde draait ook om de zon heen!

• Daar doet de aarde een jaar over
• Zo ontstaan seizoenen

Zelfstandig aan de slag!

Maken §2.2 De plaats op aarde en de temperatuur. 

• Opdracht 1 t/m 5.
  
  

 

              Huiswerk: §2.2 ; opdracht 6 t/m 10.

Wat hebben wij vandaag geleerd?