Afvalscheiding

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Afbraaktijd
De tijd die de natuur nodig heeft om materiaal af te breken.

Slide 2 - Tekstslide

Verschillende afvalbakken
papier
gft
plastic
glas
textiel
batterijen
elektrische apparaten
rest

Slide 3 - Tekstslide

Kies de juiste bak of zak. Laat je antwoord zien.
QUIZ: WAT MOET WAAR?

Slide 4 - Tekstslide

Chipszakken horen bij het restafval: de zak is een mix van plastic en aluminium.
ANTWOORD

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

ANTWOORD
Koffieprut in een filter mag bij het groente-, fruit- en tuinafval (gft).

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

ANTWOORD
Gebruikt papier met een enkel nietje mag bij het oud papier.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

ANTWOORD
Lege drinkpakken mogen bij het plasticafval.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

ANTWOORD
Een kapotte telefoon mag in de bak met elektrische apparaten. Deze kan je vaak vinden in supermarkten.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

ANTWOORD
Oude schoenen mogen in de textielcontainer. Maar wel per paar samengebonden. Bijvoorbeeld met de veters aan elkaar vast.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

ANTWOORD
Glas gaat in de glasbak. De verpakking moet leeg zijn, maar hoeft niet schoon te zijn. De deksel mag erop blijven zitten.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

ANTWOORD
Lege batterijen gaan in de bak die in de supermarkt of de bouwmarkt staat. Of je brengt ze naar de milieustraat.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

ANTWOORD
Vies papier en karton horen bij het restafval. Alleen als er geen pizzaresten meer in de doos zitten mag deze bij het oud papier.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide